Bediening in de normale
modus
1
Druk op de [SOUND] knop.
De modus wisselt nu naar de
klankaanpassing (normale modus).
Raadpleeg "Bediening in de Pro-
modus" op pagina 293 voor details
over bediening van de Pro-modus.
ATTENTIE!
Als u op de [SOUND] knop drukt als de
unit in de klankaanpassingsmodus staat,
wordt deze modus gestopt en de normale
muziekmodus verschijnt weer.
Let op!
Als u tussen de normale modus en de Pro-
modus heen en weer schakelt, dient u het
volume op 0 te zetten.
Draai aan de [SEL]-knop en kies
2
een instelling.
Als u aan de knop draait, veranderen
de instelpunten in deze volgorde,
waarbij
het
geselecteerde
gemarkeerd is:
CS II
➔
alignment
Over)
➔
Harmonizer
fader fase
➔
Sound data
3
Druk op de [SEL] knop.
item
PEQ
➔
Time
➔
Crossover (X-
➔
Non-
➔
Non-fader Output
➔
CS II
Bediening van de klankaanpassingsmodus
SRS Circle Surround II (CS II)
Het systeem produceert surround sound door
de combinatie van SRS TruBass, dat de
verschillen tussen twee frequenties gebruikt
om lage tonen te versterken en SRS Circle
Surround dat m.b.v. 2-kanaal (li/re) correlatie
het geluid expandeert.
CSII modussen instellen
Draai aan de [SEL] knop en kies
1
CSII.
2
Druk op de [SEL] knop.
De modus wisselt nu naar de CSII
modus.
3
Draai aan de [SEL] knop.
Draai aan de [SEL] knop en stel de
CSII modussen als volgt in:
Low
In de Hi en Low instellen, kunnen
Loud
en
gewijzigd.
4
Druk op de [SEL] knop.
De gekozen instelling is in werking
gesteld.
5
Druk op de [
Als de CSII HI of Low staat, kan
TruBass ON/OFF worden gezet.
6
Druk op de [RTN] knop.
U kunt nu nog andere aanpassingen
in de normale modus voornemen.
Druk op de [SOUND] of [RTN]
7
knop
klankaanpassingsmodus
verlaten.
285
➔
UIT
➔
Hi
➔
Low
Position
niet
worden
]-knop.
om
XII
de
te