•
Geef het e-mailadres en wachtwoord op van het account dat u
wilt configureren.
•
Raak Volgende aan. Als het account dat u hebt opgegeven, niet
op de telefoon wordt geleverd door uw serviceprovider, wordt
u gevraagd naar het instellingenscherm voor e-mailaccounts
te gaan om de instellingen handmatig op te geven. U kunt ook
Handmatig instellen aanraken om de inkomende en uitgaande
instellingen voor het e-mailaccount dat u configureert, rechtstreeks
op te geven.
•
Geef de accountnaam en uw naam voor uitgaande e-mailberichten op.
•
Als u nog een e-mailaccount wilt toevoegen, raakt u
Instellingen aan. Raak Account toevoegen rechts van de titel
aan om een account te maken.
E-mails opstellen en verzenden
•
Raak het pictogram
aan in het scherm Postvak IN.
•
Voer de e-mailadressen van ontvangers in het veld Aan in.
•
Raak desgewenst
en Cc/Bcc toevoegen aan om een kopie of
blinde kopie van het bericht te verzenden.
•
Geef het onderwerp en de inhoud van het bericht op.
•
Raak
en Bestand toevoegen aan om een bijlage toe te voegen.
•
Raak ten slotte
aan om te verzenden.
•
Als u het e-mailbericht niet onmiddellijk wilt verzenden, kunt u
en Opslaan als concept aanraken of Terug aanraken om een
kopie op te slaan.
7
Netwerkverbindingen ..
Voor verbinding met internet kunt u op deze telefoon een GPRS-,
EDGE-of 3G-netwerk of een Wi-Fi-verbinding gebruiken.
7.1
Verbinding maken met internet
7.1.1
GPRS/EDGE/3G
Als u de telefoon voor het eerst inschakelt nadat u de SIM-kaart hebt
geplaatst, wordt de telefoon automatisch geconfigureerd voor een
netwerkservice: GPRS, EDGE of 3G. Als er geen netwerkverbinding
is, kunt u
aanraken in het venster Meldingen.
Als u de netwerkverbinding wilt controleren die u gebruikt, raakt u
het tabblad Toepassingen aan in het startscherm en raakt u Instellen\
Meer...\Mobiele netwerken\Namen toegangspunten of
Netwerkoperators aan.
20
IP4543_6010_QG_Dut_02_130402.indd 20-21
IP4543_6010_QG_Dut_02_130402.indd 20-21
7.1.2
Wi-Fi
Met Wi-Fi kunt u verbinding maken met internet wanneer uw telefoon
zich binnen het bereik van een draadloos netwerk bevindt. Zelfs als
er geen SIM-kaart is geplaatst, kunt u Wi-Fi gebruiken op de telefoon.
Wi-Fi inschakelen en verbinding maken met een draadloos netwerk
•
Raak
in het venster Meldingen aan om Instellingen weer
te geven.
•
Raak de schakelaar
te schakelen.
en
•
Raak Wi-Fi aan om gedetailleerde informatie over gevonden Wi-Fi-
netwerken weer te geven in het gedeelte met Wi-Fi-netwerken.
•
Raak een Wi-Fi-netwerk aan waarmee u verbinding wilt maken. Als het
geselecteerde netwerk beveiligd is, moet u een wachtwoord of andere
referenties opgeven (u kunt contact met de netwerkprovider opnemen
voor details). Raak Verbinding maken aan wanneer u klaar bent.
7.2
Browser ....................................
Met de browser kunt u surfen op internet.
Raak de tab Applicaties aan in het startscherm en raak Browser aan
om deze functie te openen.
Naar een webpagina gaan
Raak het URL-vak boven aan het scherm Browser aan, geef het adres
van de webpagina op en raak
7.3
Aansluiten op een computer
Met de USB-kabel kunt u mediabestanden en andere bestanden
uitwisselen tussen de microSD-kaart, interne opslag en de computer.
Voordat u MTP of PTP gebruikt, moet u eerst het selectievakje
USB-foutopsporing inschakelen via Instellen\Ontwikkeling\
USB-foutopsporing.
Verbinding maken/verbreken met de computer:
Verbinding maken:
•
Gebruik de USB-kabel die bij uw telefoon is geleverd om de telefoon
aan te sluiten op een USB-poort van de computer. U ontvangt een
melding dat er een USB-verbinding is gemaakt.
•
Als u massaopslag gebruikt, opent u het venster Meldingen en
selecteert u USB-verbinding en raakt u Koppelen aan in
het dialoogvenster dat wordt geopend om te bevestigen dat u
bestanden wilt overdragen.
•
Als u MTP of PTP gebruikt, maakt uw telefoon automatisch
verbinding.
naast Wi-Fi aan om Wi-Fi in- of uit
aan om te bevestigen.
2013-4-2 11:22:09
2013-4-2 11:22:09
21