De projector instellen
e
Richt de afstandsbediening op de projector die u wilt bedienen en druk vervolgens op de
[ID] knop
Het huidige ID-nummer wordt weergegeven op het beginscherm.
f
Terwijl u de [ID] knop ingedrukt houdt, drukt u op de knop met hetzelfde nummer als de
projector-id voor de projector die u wilt bedienen
Voor de projector met de geselecteerde ID zijn de operaties met afstandsbediening ingeschakeld.
c
Als de Projector-id ingesteld is op Uit, kunt u de projector bedienen met de afstandsbediening
ongeacht de met behulp van de afstandbediening geselecteerde ID-instelling.
Wanneer de ID van de afstandsbediening op 0 is ingesteld, kunt u alle projectoren bedienen
ongeacht de instelling van de projector-ID.
Het simultaan bedienen van meerdere afstandsbedieningen tegelijk kunnen accidentele
bewerkingen door infraroodstoringen worden veroorzaakt.
Aansluitingsinstellingen multiprojectie
Geef de volgende instellingen op alle aangesloten projectors op. De instellingen verschillen afhankelijk van
het al dan niet gebruiken van de interactieve functies.
Als u de interactieve functies gebruikt ( pag.128)
Als u de interactieve functies niet gebruikt ( pag.130)
Als u de interactieve functies gebruikt
a
Druk op de knop [Menu] van de projector
Met de afstandsbediening
Met het bedieningspaneel
128