7
|
Installatie
7.8.2 De buitenunit sluiten
7.8.3 De isolatieweerstand van de compressor controleren
Uitgebreide handleiding voor de installateur
64
1 Isoleer en bevestig de koelmiddelleidingen en kabels als volgt:
d
c
a
b
g
a Gasleiding
b Isolatie gasleiding
c Doorverbindingskabel
d Ter plaatse te voorziene bedrading (indien van toepassing)
e Vloeistofleiding
f Isolatie vloeistofleiding
g Afwerkingstape
2 Plaats het servicedeksel terug.
2
OPMERKING
Als er zich na de installatie koelmiddel in de compressor ophoopt, kan de
isolatieweerstand over de polen dalen, maar als die minstens 1 MΩ bedraagt, dan zal
de unit niet defect raken.
▪
Gebruik een 500 V mega-meter om de isolatie te meten.
▪
Gebruik GEEN mega-meter voor laagspanningscircuits.
1 Meet de isolatieweerstand over de polen.
Als
≥1 MΩ
<1 MΩ
2 Schakel de stroom in en laat hem 6 uur aanstaan.
Resultaat: De compressor zal opwarmen en het eventuele koelmiddel in de
compressor verdampen.
3 Meet de isolatieweerstand opnieuw.
e
f
3
1×
Isolatieweerstand is OK. Deze procedure is voltooid.
Isolatieweerstand is niet OK. Ga verder met de
volgende stap.
PH2
8 mm
Dan
RZAG71~140N
Sky Air Alpha-series
4P695307-1A – 2024.02