4
Montage
4.4 Montage type AR
Monteer de naven op de as aan de aandrijf- en de
aangedreven zijde (zie afb. 17).
Plaats de elastomeerring of DZ losse elastomeer
elementen in het nokkengedeelte van aandrijvende
of aangedreven zijde (zie afb. 18.1 en 18.2).
Plaats de DZ losse elastomeer
elementen met de brug eerst in het
nokkengedeelte van de naaf (zie afb.
18.2).
Afbeelding 18.1: Montage van de elastomeerring
Verplaats het power pack in axiale richting tot u
afmeting s bereikt (zie afb. 19).
Als de power packs al vast aangetrokken zijn, moet
afmeting s worden aangepast door de naven axiaal
op de assen te verplaatsen (zie afb. 19).
Bevestig de naven door de stelschroeven volgens
DIN EN ISO 4029 met kratereind aan te trekken
(Aandraaimoment zie tabel 2).
4.5 Montage type ADR, ADR-K en AVR
Voeg de flensnaaf en de nokkenring samen (zie
afb. 20).
Bevestig de delen handvast.
Monteer de koppelingsnaaf en de flensnaaf met
nokkenring op de assen van de drijvende -en
gedreven zijde (zie afb. 21).
De cilinderkopschroeven met een geschikte
momentsleutel aandraaien volgens de opgegeven
aanhaalmomenten T
Plaats de elastomeerring of DZ losse elastomeer
elementen in het nokkengedeelte van aandrijvende
of aangedreven zijde van de nokkenring(zie afb.
22.1 en 22.2).
Waarschuwingsopmerking
ISO 16016 in acht nemen.
POLY-NORM
Gebruikers-/montagehandleiding
in tabel 5.
A
Getekend:
2-1-2017 Pz
Gecontroleerd:
2-1-2017 Pz
®
Afbeelding 17: Montage van de naaf
Afbeelding 18.2: Montage van de DZ losse elastomeer elementen
Afbeelding 19: Koppelingsinbouw
Afbeelding 20: Montage van de flensnaaf met de nokkenring
Afbeelding 21: Montage van de koppelingsnaaf en de flensnaaf met
Vervanging voor:
Vervangen door:
KTR-N
49510 NL
Blad:
17 van 31
Uitgave:
15
nokkenring
KTR-N d.d. 17-11-2016