4. Maak de omgeving van de bougie schoon om te
voorkomen dat er vuil in de motor komt, wat
beschadiging kan veroorzaken.
5. Verwijder de bougies en de metalen pakkingringen.
1. Bougiekabel
Bougies controleren
1. Bekijk de binnenkant van de bougies (Figuur 52).
Als de isolator lichtbruin of grijs is, werkt de motor
naar behoren. Een zwarte laag op de isolator duidt
meestal op een vuil luchtfilter.
Belangrijk: Bougies nooit schoonmaken.
Bougies altijd vervangen bij een zwarte laag op
de bougie, versleten elektroden, een vettige laag
op de bougie of scheuren.
2. Controleer de afstand tussen de centrale elektrode
en de massa-elektrode (Figuur 52) en verbuig de
massa-elektrode als de afstand niet correct is.
1. Centrale elektrode met
isolator
2. Massa-elektrode
Bougies monteren
1. Monteer de bougies en de metalen pakkingringen.
Figuur 51
2. Bougie
Figuur 52
3. Elektrodenafstand (niet op
schaal weergegeven)
2. Draai de bougies vast met een torsie van 24 tot
30 Nm.
3. Druk de bougiekabels op de bougies (Figuur 51).
4. Klap de stoel terug en vergrendel deze.
49