Inhoudsopgave
Advertenties
Overmolded membranen
membranen hermonteren
Overmolded
Overmolded
membranen
LET
LET OP
LET
Na hermontage moet het draadborgmiddel 12 uur,
of volgens instructies van de fabrikant, uitharden
voordat de pomp weer mag worden gebruikt. Als
de bout van de membraanas losraakt, zal schade
aan de pomp ontstaan.
TIP:
TIP: Zie ook
TIP:
Reparatie middendeel, page 17
u ook de middensectie repareert of onderhoudt,
voordat u de membranen weer aanbrengt.
1. Smeer en installeer de U-cups (106) van de as
naar
naar
naar buiten
zodat de lipjes
wijzen.
2. Monteer de plaat (9) op het membraan (10) met
de schroef (14). De afgeronde zijde van de plaat
(9) moet naar het membraan zijn gericht. Zorg
ervoor dat de zijde met de woorden "AIR SIDE"
naar de middenbehuizing wijst.
Breng een sterk draadborgmiddel aan
1
om de schroef op het membraan te
bevestigen.
Breng een middelsterk draadborgmiddel
aan op de aszijde van de schroef (14).
3. Schroef het membraandeel in de as (24) en draai
het handvast.
4. Vet de gehele membraanas (24) in en schuif de
as in de behuizing (101).
5. Zet de andere membraaneenheid op de
membraanas zoals beschreven bij stap 2.
3A7216F
hermonteren
hermonteren
OP
OP
als
buiten
buiten
uit de behuizing (101)
6. Pak de twee membranen stevig vast aan de
buitenkant en draai ze rechtsom totdat ze op de
as stoppen.
OPMERKING: Breng een waterbestendig,
OPMERKING:
OPMERKING:
sanitair smeermiddel aan op de klem (21) en
het klemoppervlak van het deksel (4, 15) om de
montage te vergemakkelijken.
OPMERKING:
OPMERKING: Voor de juiste afstand en uitlijning
OPMERKING:
van verdeelstukken moet u de klemmen (21) los
genoeg monteren dat het vloeistofdeksel kan
bewegen voordat de deksels en klemmen in
positie worden bevestigd.
OPMERKING: Gebruik een voedselveilig
OPMERKING:
OPMERKING:
smeermiddel tegen vastlopen op de
schroefdraad van de klemmen om de montage te
vergemakkelijken.
7. Lijn de vloeistofdeksels (15) en de middelste
behuizing uit. Bevestig de deksels met de
klemmen (21) en draai deze handvast. Als na
het installeren van het eerste vloeistofdeksel
het tegenoverliggende membraan uit de
middenbehuizing steekt, waardoor er een
opening tussen de middenbehuizing en het
tweede vloeistofdeksel overblijft, probeer dan niet
het membraan op zijn plaats te forceren. Voer
dan de volgende procedures in stappen 7a–7i uit
om het tweede vloeistofdeksel te bevestigen.
a. Verwijder het luchtventieldeksel (B), de
pakking (C) en de stuurbeker (D). Zie de
afbeelding in stap i.
b. Binnen de aandrijving moet de
hoofdluchtventieldrager (E) van het
geïnstalleerde vloeistofdeksel worden
weggeschoven. Hierdoor wordt de
luchtpassage die de geassembleerde zijde
voedt blootgelegd.
c. Monteer de pakking (C) en het
luchtventieldeksel (B) weer. Draai alle
bouten aan volgens de instructies in uw
pomphandleiding.
d. Voorzie de pomp van 10-20 psi (0,07-0,14
MPa, 0,7-1,4 bar) luchtdruk, net genoeg om
het membraan te bewegen. Het membraan
verschuift, zodat het tweede vloeistofdeksel
zich op de juiste plaats vastzet. Houd de
luchtdruk aan terwijl de lucht uit de uitlaat
stroomt.
OPMERKING: Te veel luchtdruk kan ertoe
OPMERKING:
OPMERKING:
leiden dat het membraan vervormt en
verkeerd zit.
e. Installeer het resterende vloeistofdeksel.
f.
Volg de
Drukontlastingsprocedure, page 9
Ontkoppel de luchttoevoer van de pomp.
g. Verwijder het luchtventieldeksel (B) en de
pakking (C).
h. Smeer de stuurbeker (D) en installeer deze
opnieuw.
Repareren
.
15
Advertenties
Inhoudsopgave
