MIC IP ultra 7100i │ MIC IP starlight 7100i
Voorzichtig!
Schakel de stroom van het apparaat niet uit bij een fabrieksinstelling of een firmware-update.
!
Wacht ten minste twee minuten totdat het standaardproces is voltooid. Als het apparaat na
twee minuten "bevroren" blijkt te zijn, start u de eenheid opnieuw op. Zie Problemen
oplossen, pagina 75 voor nadere details.
5.1.1
Positionering
De functie Positionering beschrijft de locatie van de camera en het perspectief in het
gezichtsveld van de camera.
Perspectiefinformatie is essentieel voor Video Analytics, omdat het systeem op basis hiervan
kan compenseren voor het kleiner lijken van objecten op afstand.
Perspectiefinformatie is de enige manier om objecten, zoals personen, fietsen, auto's en
vrachtwagens, te kunnen onderscheiden en een nauwkeurige berekening te kunnen maken van
hun werkelijke grootte en snelheid terwijl ze zich door de 3D-ruimte voortbewegen.
Voor een juiste berekening van perspectiefinformatie moet de camera echter op een enkel
horizontaal vlak zijn gericht. Meerdere en hellende vlakken, heuvels en trappen kunnen
perspectiefinformatie vervalsen en onjuiste objectinformatie opleveren, bijvoorbeeld voor
grootte en snelheid.
Bevestigingspositie
De montagepositie beschrijft de perspectiefinformatie die ook wel kalibratie wordt genoemd.
Deze parameter is belangrijk voor Intelligent Tracking. Bij gebruik van Intelligent Tracking
selecteert u Standaard.
Standaard
VCA-profiel
De MIC-camera verstrekt automatisch de kantelhoek en de brandpuntsafstand om de globale
kalibratie te voltooien voor elk mogelijk gezichtsveld van de camera.
Hoogte [m]
De hoogte is de verticale afstand van de camera tot het grondvlak van het opgenomen beeld.
Dit is meestal de hoogte waarop de camera boven de grond is gemonteerd.
Voer de hoogte in meters van de camerapositie in.
Schetsen
De functie Schetsen biedt een extra, halfautomatische kalibratiemethode. Met deze
kalibratiemethode kunt u het perspectief in het gezichtsveld van de camera beschrijven door
verticale lijnen, lijnen op de grond en hoeken op de grond in het camerabeeld te tekenen en
de juiste grootte en hoek in te voeren. U kunt de functie Schetsen gebruiken als het resultaat
van de automatische kalibratie onvoldoende is.
U kunt deze handmatige kalibratie ook combineren met de waarden voor draaihoek,
kantelhoek, hoogte en brandpuntsafstand die door de camera zijn berekend of handmatig zijn
ingevoerd.
Klik op deze optie om de automatische kalibratie te verbeteren. Het venster Kalibratie
schetsen wordt weergegeven.
VCA-profiel
Selecteer het juiste profiel.
Bosch Security Systems
User Manual nl
Camera | nl
19
2020-11 | 1.1 |