Pauzeren na elk muziekstuk (automatische
pauzeerfunctie)
Als de automatische pauzeerfunctie ingeschakeld is,
zal de MD-recorder na elk muziekstuk in de
pauzestand komen te staan. Deze automatische
pauzeerfunctie is handig als u slechts één muziekstuk
of verscheidene niet opeenvolgende muziekstukken
wilt opnemen.
Volg de aanwijzingen onder "Inlassen van pauzes
tijdens het opnemen op cassette" op blz. 30, maar kies
in stap 3 "Auto Pause" in plaats van "Auto Space".
z
U kunt de automatische pauzeerfunctie ook met de
afstandsbediening inschakelen Z
Druk met de MD-recorder in de stopstand enkele malen
op A.SPACE, totdat "Auto Pause" in het display
aangaat.
Hervatten van het afspelen na de pauze
Druk op ( of P.
Uitschakelen van de automatische pauzeerfunctie
Uitschakelen van de automatische pauzeerfunctie via de
menu-instelling
Volg de aanwijzingen 1 t/m 3 onder "Uitschakelen van de
automatische pauze-inlasfunctie" op blz. 30.
Uitschakelen van de automatische pauzeerfunctie met de
afstandsbediening Z
Druk met de MD-recorder in de stopstand enkele malen op
A.SPACE, totdat "Auto Off" in het display aangaat.
Opmerking
Als u de MD-recorder uitschakelt en/of de stekker uit het
stopcontact trekt, onthoudt het apparaat de laatste instelling
van de "Auto Space" en "Auto Pause" functies, zodat deze
weer zullen gelden wanneer u de MD-recorder weer
inschakelt.
Afspelen van MD's
Fading-in en out van de
weergave (In/uit-faden)
Met de "FADE" functie kunt u het geluidssignaal dat
wordt weergegeven via de LINE(ANALOG) OUT
aansluitingen en de PHONES aansluiting aan het begin
geleidelijk laten opkomen (in-faden van de weergave)
en/of het geluid aan het eind geleidelijk laten
wegsterven (uit-faden van de weergave).
Deze functie is bij voorbeeld handig als u het geluid
niet abrupt midden in een muziekstuk wilt laten
beginnen of eindigen, maar een soepele overgang wilt
horen.
g
FADER
In-faden van de weergave
Druk in de weergavepauzestand op FADER bij het
punt waar u het geluid geleidelijk wilt laten opkomen.
Z in "Fade Z 3.2s" knippert en de MD-recorder geeft
het geluid langzaam opkomend weer tot de teller de
stand "0.0s" bereikt.
Uit-faden van de weergave
Druk tijdens weergave op FADER bij het punt waar u
het geluid geleidelijk wilt laten wegsterven.
z in "Fade z 3.2s" knippert en de MD-recorder geeft
het geluid steeds zwakker weer tot de teller de stand
"0.0s" bereikt.
Na afloop van het uit-faden komt de MD-recorder in
de weergavepauzestand te staan.
Opmerking
Het niveau van de uitgangssignalen naar de digitale
uitgangsaansluiting verandert niet.
z
U kunt de tijdsduur voor het in- en uit-faden van de
weergave afzonderlijk naar wens instellen
Volg de aanwijzingen 1 t/m 5 onder "U kunt de
tijdsduur voor het in- en uit-faden afzonderlijk naar
wens instellen" op blz. 21.
21
22
23
24
25
Z
–
.
,
REPEAT
A˜B
A.SPACE
M.SCAN
>
/
25
?
!
(
)
WRITE
CLEAR
P.HOLD
NAME
CHAR
NUM
·
P
p
REC-IT
=
+
r
T.REC
MUSIC SYNC
0
)
CD-SYNC
STOP
START
STANDBY
CD PLAYER
FADER
P
=
+
DIGITAL REC LEVEL
FADER
/ANALOG OUT LEVEL
31
NL