VertiTex
���
Abdeckkappe Typ A/B und Anschluss an der Wand
Afdekkap bij type A/B en wandaansluiting aan de zijkant
Pict 5.2
Pict 5.3
���
5.2
Befestigung der Abdeckkappen
• Abdeckkappe Typ A/B und Anschluss an der Wand an den Kopf-
seiten der VertiTex einhängen und mit Gewindestift sichern.
• Abdeckkappe abgewalmtes Dach (Typ I) zwischen den VertiTex-
Anlagen platzieren. Bohrung durch die Dachrinne vornehmen
und mit Schraube 4,2 x 16 verschrauben.
• Mit Gewindestift sichern.
���
5.3
Befestigung Seilhalter VertiTex WeiTop (Pfosten 90)
• Seilhalterring am Pfosten 90 anhalten (Mindestabstand zum
Boden beachten). Bohrungen festlegen und mit 3,7er Bohrer
vornehmen.
• Achtung: Bohrung nicht zu tief vornehmen, um das Fallrohr
nicht zu beschädigen.
• Seilhalterstrebe(n) auf Seilhalterring aufstecken.
• Seilhalterring mit Seilhalterstreben leicht anschrauben
(Schrauben 4,2 x 16).
• Seilhalterstreben so ausrichten, dass sich das Seil lotrecht
befindet.
15 mm
Mindestabstand
15 mm
min. afstand
12
Abdeckkappe abgewalmten Dach (Typ I)
Afdekkap bij schilddak (type l)
Pict 5.2
Seilhalterring
draadhouderring
Seilhalterstrebe
draadhoudersteun
Pict 5.3
���
5.2
Bevestiging van de afdekkappen
• Afdekkap type A/B en aansluiting aan de wand aan de kopkanten
van de VertiTex hangen en met schroef zekeren.
• Afdekkap schilddak (type l) tussen de VertiTex plaatsen.
Boorgat door de dakgoot aanbrengen en met schroef 4,2 x 16
vastschroeven.
• Met schroef zekeren.
���
5.3
Bevestiging draadhouder VertiTex WeiTop (staander 90)
• Draadhouderring tegen de staander 90 houden (min. afstand tot
de grond in acht nemen). Boorgaten bepalen en met boor
3.7 boren.
• Let op: niet te diep boren om de regenafvoer niet te beschadigen.
• Draadhoudersteun(en) op draadhouderring steken.
• Draadhouderring licht tegen draadhoudersteun vastschroeven
(schroeven 4,2 x 16).
• Draadhoudersteunen zo positioneren, dat de draad zich in
loodrechte positie bevindt.