Softaanloop/softuitloop
–
Het licht in- en uitschakelen via een dimfunctie. De tijden voor het doorlopen van de
dimfunctie kunnen via de app worden ingesteld, afhankelijk van het apparaat. E-contact
monoblock-apparaten en flex-sokkels (e-contact en led-dimmers) hebben een vaste tijd
(< 1 seconde) voor de softaanloop/softuitloop.
Daglichtafhankelijke besturing (constantlichtschakelaar vergeleken met
constantlichtregeling)
–
De aanwezigheidsmelders bieden afhankelijk van de variant verschillende mogelijkheden
om de helderheid in de ruimte op een aangenaam niveau te houden. Daarbij wordt er een
onderscheid gemaakt tussen de functies constantlichtschakelaar en constantlichtregeling.
Beide functies zorgen ervoor dat in een ruimte, waarin zich mensen bevinden, een bepaalde
lichtsterkte niet worden onderschreden. Voor een uitvoerige beschrijving zie
'Daglichtafhankelijke besturing (constantlichtregeling)' op pagina 88.
Basisverlichting (alleen beschikbaar voor DALI-apparaten)
–
De basisverlichting kan tijdgestuurd of helderheidgestuurd worden gebruikt. De
basisverlichting is bedoeld voor bijvoorbeeld een gereduceerde verlichting van gangen of
trappenhuizen.
–
Bij de tijdsturing is de basisverlichting bijvoorbeeld van 20:00 tot 23:00 uur geactiveerd.
Als er gedurende deze periode een beweging wordt gedetecteerd, schakelt het
apparaat om van de ingestelde basisverlichting naar normale verlichting.
–
Als alternatief kan een omgevingslichtwaarde worden ingesteld waarbij de
basisverlichting automatisch wordt geactiveerd zodra het omgevingslicht onder deze
omgevingslichtwaarde daalt.
Nachtlicht/anti-verblindingsfunctie (alleen beschikbaar DALI-apparaten)
–
Het gedrag kan individueel worden ingesteld voor de detectie van een beweging. Via de app
kan een periode worden gedefinieerd gedurende welke de inschakelhelderheid wordt
gereduceerd. Deze inschakelhelderheid kan worden ingesteld tussen de basis- en de
maximale helderheid. De functie is bijvoorbeeld nuttig bij het opstaan gedurende de nacht,
zodat de persoon niet wordt verblind door de helderheid van het plotseling inschakelende
licht.
Dynamische nalooptijd
–
De dynamische nalooptijd wordt via de app geactiveerd (nalooptijd moet langer zijn dan
10 minuten, anders is de functie niet actief). De functie is vooral bedoeld voor gangen. Bij
minder beweging wordt niet de volledige nalooptijd van bijvoorbeeld 15 minuten geschakeld,
maar slechts 3 minuten. Dit is bijvoorbeeld zinvol wanneer een persoon van een kantoor
naar een ander loopt en de gang daarbij slechts kort kruist zodat het licht niet de volledige
nalooptijd ingeschakeld hoeft te blijven. De beweging mag slechts 30 seconden
gedetecteerd worden.
Korte impuls
–
De uitgang van het apparaat kan als elektronische stroomstootschakelaar worden
geconfigureerd om bijvoorbeeld een automatische trappenhuisverlichting of deurbellen aan
te sturen. In dat geval wordt de uitgang tijdens de "aan"-fase periodiek voor 1 seconde
ingeschakeld of op 100% helderheid gedimd en vervolgens voor 9 seconden uitgeschakeld.
Er kan geen nalooptijd worden ingesteld. De korte impuls wordt gezonden zolang er
beweging gedetecteerd wordt (steeds 1 seconde, dan 9 seconden pauze, ...). Bij de DALI-
apparaten kan de korte impuls niet worden geactiveerd.
Systeemhandboek 2CKA002273B9577
Apparaatfuncties
│33