4
Bediening OFF-timer
OFF-timer: De binnenunit stopt wanneer de ingestelde tijd wordt bereikt.
1
OFF timer knop
Duw op de knop OFF-timer wanneer de airconditioner werkt.
• "
" en lampje "OFF" en "SETTING" en timer-indicator knipperen.
2
Selecteer de OFF-timer-tijd
Duw op de instelknop en stel de tijd in.
• De OFF-timer-tijd kan worden ingesteld op 0,5 uur (30 min), 1 uur, 2 uur,∙∙∙ tot 24 uur.
• Drukt u 30 seconden lang niet op een knop, dan wordt de instelling van de OFF-timer geannuleerd.
3
Duw op de knop OFF-timer
"SETTING" verdwijnt, de timer-indicator verandert van knipperen in branden, en de OFF-timer begin te lopen.
• De timer-indicator op de OFF-timer wordt weergegeven terwijl de timer aftelt.
■
De timer annuleren
1
Duw op de knop OFF-timer
De timer-indicator verdwijnt.
OPMERKING
Ook als de airconditioner wordt in- of uitgeschakeld met de knop ON/OFF terwijl de OFF-timer loopt, blijft de OFF-
timer lopen.
9-NL
1,3
2
– 5 –
5
Aanpassing van de uitblaasrichting
U kunt de prestaties van Koelen / Verwarmen
verbeteren door de voor de verschillende
toepassingen de lamelhoek aan te wijzigen.
Kenmerken van de lucht: Koele lucht daalt, en
warme lucht stijgt.
OPGELET
Richt de lamel horizontaal tijdens Koelen
Is de lamel voor het koelen omlaag is gericht, kan er
zich condens op het oppervlak van de luchtuitlaat of
de lamel vormen, die naar beneden druppelt.
OPMERKING
• Is de lamel voor het verwarmen horizontaal gericht,
zal het vertrek misschien niet gelijkmatig worden
verwarmd.
• Raak de lamel niet met uw handen aan. Dat zou
een storing kunnen veroorzaken. Pas de hoek aan
met behulp van de afstandsbediening.
De richting van de lamel en de functie
Automatisch zwenken instellen
1
Duw enkele malen op de knop Menu en
selecteer de stand Windrichting zodat de
indicator van deze stand knippert.
2
Duw vervolgens enkele malen op de instelknop
zodat de richting van de lamel verschijnt, zoals
wordt getoond in onderstaande afbeelding.
• Drukt u 30 seconden lang niet op een knop,
dan eindigt de stand Windrichting.
▼ Voor verwarmen
De lamel kan in zes stappen worden afgesteld.
Richt de lamel naar beneden. Als de lamel niet naar
beneden is gericht, zal de warme lucht misschien niet
de vloer bereiken.
Begin
(1)
(2)
(3)
(4)
Werkingsstand
Beschikbare richtingen
HEAT, FAN
(1) ↔ (2) ↔ (3) ↔ (4) ↔ (5) ↔ (6)
▼ Voor koelen
De lamel kan in vier stappen worden afgesteld.
Richt de lamel horizontaal. Is de lamel omlaag is
gericht, dan kan er zich condens op het oppervlak van
de luchtuitlaat, die naar beneden druppelt.
Als u instelt dat de lamel vergrendeld wordt in positie
(1), wordt de ventilatorsnelheid beperkt zodat het
plafond niet vervuild raakt.
Begin
(1)
(2)
(3)
(Zwenken)
Werkingsstand
Beschikbare richtingen
COOL, DRY
(1) ↔ (2) ↔ (3) ↔ (4)
▼ Voor ventileren
De lamel kan in zes stappen worden afgesteld.
Selecteer een windrichting.
■
Automatisch zwenken
De indicator SWING
wordt weergegeven en de
lamel begint heen en weer te bewegen.
Herhalen
(5)
(6)
(Zwenken)
(4)
10-NL