TV FUNC toets – Druk op TV FUNC om de TV
met de afstandsbediening te bedienen.
TV VOL +/– toets – Regelt het volume van de
TV.
7 MASTER VOLUME toetsen
Verhoogt of verlaagt het volume van de
receiver.
8 INPUT ATT toets (wanneer de USE
mode actief is)
Hiermee kunt u het ingangsniveau van een te
sterk analoog signaal verzwakken dat tot
vervorming van het geluid leidt (als de
OVERLOAD indicator aan is).
REMOTE SETUP toets (wanneer de
SETUP mode actief is)
Hiermee kunt u de functies van de
afstandsbediening en de afstandsbediening zelf
naar wens instellen. (Zie "Instellen van de
afstandsbediening voor de bediening van
andere componenten" beginnend op blz. 65,
"Multi Operatie" beginnend op blz. 78)
MENU toets
Hiermee krijgt u toegang tot de verschillende
menu's op uw TV of DVD.
MUTE (STIL) toets
Hiermee kunt u het volumen uit of aan zetten.
EFFECT/CH SEL,5(+)/∞(–) toets
(wanneer de USE mode actief is)
(zie noot op blz. 45)
EFFECT – Met deze toetsen kan de hoeveel-
heid effect van de DSP of Advanced Theater
mode worden bijgeregeld. Wanneer de hoev-
eelheid effect van een DSP/Advanced Theater
mode wordt vergroot, worden de kenmerken
van die mode sterker en opvallender. Het bereik
varieert van 10 tot 90 en 70 is de standaardin-
stelling. Selecteer eerst de gewenste DSP/
Advanced Theater functie (door op de DSP/
Advanced Theater knop te drukken tot de
gewenste mode verschijnt) en regel vervolgens
de hoeveelheid effect bij.
CH SEL – U kunt de kanalen bijregelen wan-
neer u naar sommige geluidsbronnen aan het
luisteren bent. Met deze knop kunt u het kanaal
selecteren dat u bij wilt regelen.
SYSTEM SET UP toets (wanneer de
SETUP mode actief is)
Hiermee kunt u de luidspreker en de
geluidssystemen instellen. Raadpleeg
"Surround Sound Instellen" vanaf blz. 30 voor
meer informatie.
FUNCTION toets
Druk hierop om een geluidsbron te kiezen. De
toets zal de mogelijke bronnen één voor één
tonen.
Display en bedieningsorganen
5(+)/∞(–)/2/3/ENTER toetsen
Hiermee kunt u het schermmenu op uw TV-
scherm bedienen en commando's invoeren
wanneer u de surround sound, de
luidsprekervolumes & instellingen, en andere
instellingen afregelt, zie blz. 29-41). Het
gedetailleerde gebruik van deze knoppen wordt
beschreven bij de corresponderende func-
tieomschrijvingen. Raadpleeg elke individuele
sectie voor meer informatie.
DIGITAL NR toets
Hiermee kunt u Digitale NR aan of uit zetten.
(Zie blz. 49)
SIGNAL SELECT toets
Druk herhaalde malen op SIGNAL SELECT om
één van de volgende mogelijkheden te kiezen:
ANALOG – Analoog signaal.
DIGITAL – Digitaal signaal (DVD/LD, TV/SAT, CD,
MD/TAPE 1/CD-R, VCR 1/DVR, VCR 2, LINE).
2
AC-3 RF –
RF signaal (DVD/LD, TV/SAT,
VCR 1, VCR 2).
AUTO – De standaardinstelling. Wanneer er
zowel analoge, digitale, of,
beschikbaar zijn, zal de receiver automatisch
het beste signaal uitkiezen.
9 STEREO/DIRECT toets (Zie blz. 44, 53)
Zet de receiver in de STEREO mode wanneer
het zich in een andere mode bevond (zoals
bijvoorbeeld ADVANCED THEATER) of schakel
om tussen de DIRECT en de STEREO mode.
Raadpleeg blz. 53 voor meer informatie over de
STEREO
mode.
In de DIRECT afspeelmode worden de
toonhoogte en kanaalniveau instellingen
genegeerd voor een precieze weergave van de
geluidsbron.
DSP toets (Zie blz.42-46, 48)
Druk herhaaldelijk op deze toets om een DSP
geluidsmode te kiezen.
/DTS/MPEG toetsen (Zie blz. 42-46)
Druk op deze toetsen om de receiver in de
gekozen geluidsmode te zetten. Raadpleeg blz.
85, 86 voor meer informatie over de geluids-
modes.
MULTI CH INPUT knop
Hiermee kunt u op de MULTI CH IN mode
overschakelen.
MIDNIGHT toets (Zie blz. 50)
Zet de MIDNIGHT mode aan of uit.
10 LIGHT toets
Druk hierop om de toetsen van de
afstandsbediening te verlichten.
2
RF signalen
25
Du