Kenmerken
Standaardinstelling (sommige modellen)
Als de airconditioner opnieuw opstart na een
stroomstoring, wordt hij standaard teruggezet
op de fabrieksinstellingen (AUTO-modus,
AUTO-ventilator, 24 °C). Dit kan inconsistenties
veroorzaken op de afstandsbediening en
het paneel van de eenheid. Gebruik uw
afstandsbediening om de status bij te werken.
Automatisch herstarten (sommige modellen)
In geval van stroomuitval stopt het systeem
onmiddellijk. Als de stroom terugkeert, gaat het
bedrijfslampje op de binneneenheid knipperen.
Druk op de knop ON/OFF (AAN/UIT) op de
afstandsbediening om het apparaat opnieuw
op te starten. Als het systeem een automatische
herstartfunctie heeft, zal het apparaat opnieuw
opstarten met dezelfde instellingen.
Wanneer de buitentemperatuur onder nul
is, wordt de elektrische verwarmingsriem
van de behuizing van de buiteneenheid
gebruikt voor het smelten van ijs, zonder
te ontdooien. (sommige modellen)
Geheugenfunctie lamellenhoek
(sommige modellen)
Sommige modellen zijn ontworpen met een
geheugenfunctie voor de lamellenhoek. Wanneer
de eenheid opnieuw opstart na een stroomstoring,
keert de hoek van de horizontale lamellen
automatisch terug naar de vorige positie. De hoek
van de horizontale lamellen mag niet te klein
worden ingesteld, omdat er condensatie kan
ontstaan en in de machine kan druppelen. Om de
lamellen terug te zetten, drukt u op de handmatige
knop zodat de instellingen van de horizontale
lamellen worden gereset.
Systeem voor detectie koelmiddellekkage
(sommige modellen)
De binneneenheid geeft automatisch "EC" weer
of "EL0C", of knipperende leds (modelafhankelijk)
wanneer ze lekkage van koelmiddel detecteert.
Pagina 11