Zonsondergang:
Voor het opnemen van het prachtige rood van de ondergaande zon.
Nachtscène:
Het contrast wordt verlaagd voor het reproduceren van nachtscènes.
Herfstbladeren:
Voor het opnemen van herfstscènes waarbij de rode en gele kleuren van de
bladeren levendig worden benadrukt.
Zwart-wit:
Voor het opnemen van beelden in zwart-wit.
Sepia:
Voor het opnemen van beelden in sepia.
Voorkeursinstellingen registreren (Stijlvak):
Selecteer de zes stijlvakken (de vakken met de cijfers aan de linkerkant (
om de voorkeursinstellingen te registreren. Selecteer daarna de gewenste
instellingen met de rechterknop.
U kunt dezelfde stijl oproepen met iets andere instellingen.
Om [Contrast], [Verzadiging] en [Scherpte] in te stellen
[Contrast], [Verzadiging] en [Scherpte] kunnen worden ingesteld voor elk
onderdeel van [Stijlvak].
Selecteer een onderdeel om in te stellen met de rechter-/linkerkant van het
besturingswiel, en stel daarna de waarde in met de boven-/onderkant van het
besturingswiel.
Contrast:
Hoe hoger de geselecteerde waarde, hoe meer het verschil tussen licht en
schaduw wordt benadrukt, en hoe groter het effect op het beeld.
Verzadiging:
Hoe hoger de geselecteerde waarde, hoe levendiger de kleur. Wanneer een
lagere waarde wordt geselecteerd, wordt de kleur van het beeld ingehouden en
onderdrukt.
Scherpte:
Stelt de scherpte in. Hoe hoger de geselecteerde waarde, hoe meer de contouren
worden benadrukt, en hoe lager de geselecteerde waarde, hoe zachter de
contouren worden gemaakt.
Opmerking
))