1
Open de klep van het batterij/kaartcompartiment.
Druk op de vergrendelingsknop van de batterij/kaart in de getoonde richting 1,
schuif de klep naar 2 en open het naar 3.
2
Steek de SD-geheugenkaart in de SD-geheugenkaartaansluiting
zodat het label naar de voorkant van de camera is gericht
(de kant met de lens).
Duw de kaart in zijn geheel naar binnen. Opnamen worden mogelijk niet correct
gemaakt indien de kaart niet in zijn geheel naar binnen is gedrukt.
Om de SD-geheugenkaart te verwijderen, duwt u ze eenmaal in en trekt u ze eruit.
3
Sluit de klep van het batterij/kaartcompartiment.
Duw de klep van het batterij/kaartcompartiment omlaag en schuif ze stevig,
maar voorzichtig in de omgekeerde richting zoals aangegeven door 2.s
Als de klep van het batterij/kaartcompartiment niet goed is vergrendeld wanneer
u ze sluit, kan er water, zand of vuil in de camera terechtkomen.
• De bestandsgrootte van opnamen hangt af van de opnameresolutie en het aantal
opnamen dat kan worden opgeslagen op een SD-geheugenkaart varieert
eveneens.
• Stel de opnameresolutie in voor foto's vanaf het menu [A Opnemen] en voor
video's vanaf het menu [C Video].
• Zie "Belangrijkste specificaties" (p.50) voor het geschatte aantal foto's en de
videotijd die op een SD-geheugenkaart opgeslagen kunnen worden.
20
SD-geheugenkaartaansluitpunt
Klep voor batterij/kaart
SD-geheugenkaart