Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

TSI AM520 Gebruikershandleiding pagina 46

Inhoudsopgave

Advertenties

• Het Registratie-interval is het tijdsinterval dat wordt gebruikt tussen
geregistreerde gegevenspunten. Het kan worden ingesteld in het
menu 'INSTELLINGEN' en in de programmaregistratiemodus
(m.b.v. de TrakPro™-software);
• De AM520/AM520i voert altijd elke seconde een meting uit,
ongeacht het registratie-interval. Als er een registratie-interval van
meer dan een seconde wordt gebruikt, worden er gegevenspunten
opgeslagen die gemiddelden zijn van de waarden van 1 seconde.
Een registratie-interval van 10 seconden resulteert er bijvoorbeeld in
dat er om de 10 seconden een gegevenspunt wordt opgeslagen. Elk
gegevenspunt is het gemiddelde van 10 metingen van 1 seconde.
Als er een langere registratie-interval wordt gebruikt, wordt er
geheugen in het instrument bespaart tijdens lange uitvoertijden;
• De Tijdconstante is een gemiddelde periode die wordt gebruikt om
schommelingen in de weergegeven meetwaarden te dempen,
zodat ze eenvoudiger kunnen worden gelezen;
• De AM520/AM520i voert altijd elke seconde een meting uit,
ongeacht de geselecteerde tijdconstante. Als er een tijdconstante
van meer dan een seconde wordt gebruikt, worden meetwaarden
weergegeven die gemiddelden zijn van de waarden van 1 seconde.
Een tijdconstante van 10 seconden zorgt bijvoorbeeld dat het
display een gemiddelde van de meest recente waarden voor
1 seconde weergeeft. Dit leidt tot een zwevend gemiddelde over
10 seconden, dat elke seconde op het display wordt weergegeven;
• Verwar 'tijdconstanten' NIET met 'registratie-intervallen'.
Tijdconstanten zijn alleen van invloed op het display. Registratie-
intervallen zijn alleen van invloed op de geregistreerde meetwaarden.
De geregistreerde gegevens zullen daarom over het algemeen niet
overeenkomen met de weergegeven registratiegegevens;
• Als algemene alarmen of STEL-alarmen worden gebruikt, wordt het
alarm geactiveerd op basis van de weergegeven tijdconstante, niet
op basis van de waarde van de gegevens die gedurende het
registratie-interval zijn geregistreerd. De geregistreerde gegevens
zullen daarom over het algemeen niet exact overeenkomen met de
alarmwaarden. Als er bijvoorbeeld een tijdconstante van 30 seconden
en een registratie-interval van 1 seconde worden gekozen, zal de
weergegeven meetwaarde worden gebaseerd op 30 seconden.
Omdat de alarmen op basis van de weergegeven waarde – en niet
van de geregistreerde waarde – worden geactiveerd, kunnen er
gegevenspunten in de geregistreerde test worden opgeslagen
waarvan de waarden hoger zijn dan de alarminstellingen. Toch zal
het alarm niet worden geactiveerd als het gemiddelde over
30 seconden lager is dan de alarminstelling.
28
Registratie-interval t.o.v. tijdconstante
Hoofdstuk 3

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Am520i

Inhoudsopgave