Inhoudsopgave
Advertenties
•
Steek de oxymeterpatiëntkabel in de stekkerbus aan de voorkant van de monitor.
•
Sluit de SpO
2
•
Schakel de monitor in. U hoort twee korte pieptonen en de lampjes aan de voorkant gaan even aan en dan weer uit.
•
Nadat alle alarmlampjes uit zijn gegaan, blijven het groene AAN/UIT-lampje en het laderlampje branden en de groene
lampjes voor hart en ademhaling knipperen. Op alle numerieke schermen worden waarden weergegeven.
•
De lampjes voor hart en ademhaling blijven gedurende 30 seconden knipperen.
•
Wanneer de groene lampjes stoppen met knipperen, gaat binnen ongeveer zeven seconden het rode lampje voor een
lage hartslag branden en laat het alarm één pieptoon per seconde horen.
•
Vervolgens gaat het rode apneulampje branden (hoe lang het duurt voordat het rode apneulampje gaat branden, is
afhankelijk van de waarde apnea delay (apneuvertraging) die is ingesteld tijdens het instellen van de monitor) en blijft
het lampje voor de lage hartslag branden. (Op dit moment mag er geen groen hart- of ademhalingslampje knipperen.)
•
Verwijder de SpO
weergegeven.
•
Plaats de SpO
•
Volg, indien nodig, de instructies in de sectie "Zelftest – problemen oplossen".
•
Verwijder de elektrodedraden uit de stekkerbus voor de functionele zelftest.
•
Het lampje voor losse draad gaat branden en het alarm schakelt van pieptonen over op een constante toon.
Dit geeft aan dat de monitor, de patiëntkabels en de elektrodedraden goed werken.
•
Schakel de monitor uit.
•
Houd de blauwe RESET-knop ingedrukt.
•
Druk kortstondig op de grijze AAN/UIT-knop.
•
Wacht 2 seconden en laat vervolgens de RESET-knop los.
SmartMonitor 2 PS Handleiding voor de ouders
-sensor aan op de oxymeterpatiëntkabel en plaats de sensor op uw vinger.
-sensor van uw vinger. Het SpO
2
-sensor opnieuw op uw vinger.
2
-lampje kleurt rood en op het SpO
2
-scherm worden streepjes
2
5
Advertenties
Inhoudsopgave
