2
Haal de inktcartridge uit de verpakking.
• Wanneer u dit apparaat voor het eerst van inktcartridges voorziet, gebruikt u het beste
de bijgeleverde inktcartridges of in ieder geval inktcartridges waarin zich nog
voldoende inkt bevindt.
• Voor de beste prestaties opent u de plastic verpakking pas op het moment dat u de
cartridge gaat plaatsen. Het verdient aanbeveling cartridges binnen zes maanden na
opening te verbruiken. Het gebruik van een inktcartridge waarvan de verpakking
langere tijd geopend is geweest, kan de afdrukkwaliteit beïnvloeden.
• Laat de inktcartridge niet vallen als u de plastic verpakking opent. Hierdoor kan de
cartridge gaan lekken.
• Plaats de inktcartridge niet met de inkttoevoergaatjes naar beneden. Dat kan vlekken
op het bureau veroorzaken. Bovendien kan er dan stof of vuil aan de inktcartridge
vastplakken en dat kan ertoe leiden dat deze niet naar behoren werkt.
• Schud de inktcartridges niet te hard. De inktcartridges kunnen gaan lekken als u ze te
hard schudt.
• Raak het gebied met de groene IC-chip op de inktcartridge niet aan. Verwijder ook de
labels en de folie op de inktcartridge niet. Dit kan nadelige gevolgen hebben voor het
plaatsen, de werking of de afdrukkwaliteit en zou een lek kunnen veroorzaken.
• Probeer de inkt in de inktcartridge te gebruiken vóór de datum die op de verpakking
van de inktcartridge staat vermeld.
3
Plaats alle zes de inktcartridges in de inktcartridgehouders door ze voorzichtig in de
houder te duwen tot u een klik hoort.
Gebruik het kleurlabel op de inktcartridges en de inktcartridgehouders om de cartridges in de juiste houders
te plaatsen.
Druk op
op de inktcartridge en duw de cartridge recht in het apparaat.
Plaats alle zes de inktcartridges. Als een van de kleuren niet is geplaatst, is het publiceren
(schrijven/afdrukken) van schijven niet mogelijk.
18
U hoort
een klik
Raak het gebied
met de IC-chip niet
aan.