Aan de slag
3. Na het opladen haalt u het snoer van de oplader uit
het stopcontact en maakt u de oplader los van de
telefoon door de knoppen aan de zijkanten van de
connector in te drukken en de connector uit de
telefoon te trekken.
Opmerking: als de telefoon wordt opgeladen, kunt u de
batterij pas verwijderen nadat u de oplader van de telefoon
hebt losgekoppeld. Als u dit niet doet, kan de telefoon
beschadigd raken.
Indicator batterij bijna leeg
Als de batterij bijna leeg is en u nog maar enkele
minuten kunt bellen, hoort u een waarschuwingstoon en
verschijnt met regelmatige tussenpozen de melding
'Batterij bijna leeg' in het display. In dat geval wordt de
verlichting uitgeschakeld om zo min mogelijk van de
resterende stroom te gebruiken.
Als de batterij te zwak is om de telefoon nog te kunnen
gebruiken, wordt het toestel automatisch uitgeschakeld.
De telefoon aan- en uitzetten
1. Open de telefoon.
2. Houd de toets
ingeschakeld.
3. Als u om een wachtwoord wordt gevraagd, voert u
dat in en drukt u op de functietoets OK. het
wachtwoord is standaard ingesteld op "00000000".
Zie pagina 205 voor meer informatie.
20
➀
ingedrukt totdat de telefoon is
➀
➁