Stikken / Praktische toepassingen
A
C
Naald- en garentabel
NAALD-, STOF- EN GARENKEUZE
STOFFEN
NAALD NR.
9-11(65-75)
Fijne stoffen: dunne katoen, voile, serge, zijde,
mousseline, gebreide katoen, tricot, jersey,
crêpe-stoffen, geweven polyester, overhemd- en
blousestoffen.
12(80)
Middelzware stoffen: katoen, satijn, zeildoek,
dubbelgebreide stoffen, lichte wollen stoffen.
Middelzware stoffen: katoenen zeildoek, wollen
14(90)
stoffen en dikke gebreide stoffen, badstof en
spijkerstof.
16(100)
Zware stoffen: zeildoek, wollen stoffen, tentstof
en gequilte stof, spijkerstof en
meubelbekledingstof (fijn tot middelzwaar).
18(110)
Dikke wollen stof, mantelstof,
meubelbekledingstof, leer en vinyl.
Attentie: Hoe dikker de stof en hoe dikker het garen, des te sterker moet de naald zijn.
Let op:
1. Tweelingnaalden kunnen voor algemeen gebruik en decoratieve stiksels worden gebruikt.
2. Wanneer u met een tweelingnaald naait, mag de steekbreedte niet meer dan "2.5" zijn.
3. Europese naalden zijn genummerd 65, 70, 80 etc. Amerikaanse en Japanse naalden zijn genummerd 9,
11, 12, etc.
4. Vervang regelmatig de naald (ongeveer na elk kledingstuk) en/ of zodra de draad breekt of steken worden
overgeslagen.
11
B
1
10
Beginselen van het naaien
Naaien (A)
Zodra de machine goed is ingeregen en
ingesteld, verlaagt u de naaivoet voor het
beginnen met naaien door de twee-staps
naaivoethendel (17) te verlagen. Druk
vervolgens op het voetpedaal (t) om met
het naaien te beginnen.
Afhechten
(B)
Druk aan het einde van de stof op de
achteruitnaaihendel (11). Naai enkele
steken achteruit. Laat de hendel los en de
machine naait weer vooruit.
Het losmaken van de naaistof (C)
Het handwiel (20) tegen de klok in draaien
om de garenopnemer (1) in de hoogste
positie te zetten. De naaivoet omhoog
brengen en de naaistof naar achteren
trekken om de stof los te maken.
Draad afsnijden (C)
Houd het garen met beide handen achter
de naaivoet, trek het in de garensnijder (10)
en beweeg de handen naar onder.
GAREN
Licht katoen-, nylon- of
polyestergaren.
De meeste garens die in de handel
verkrijgbaar zijn, zijn middeldik en
geschikt voor deze stoffen en naalden.
Gebruik polyestergaren voor
synthetische stoffen en katoengaren
voor natuurlijke stoffen voor het beste
resultaat.
Gebruik altijd hetzelfde garen voor de
boven- en onderdraad.
Extra dik garen, tapijtgaren
(naaivoetdruk moet hoger worden
ingesteld).
NL / BE
37