Klemafmetingen:
R1...R5: 0,2...2,5 mm
0,14...1,5 mm
R6...R11: 0,14...2,5 mm
Aanhaalmomenten: 0,5...0,6 N·m (0,4 lbf·ft)
Opmerkingen:
1)
Zie Menu - Primaire instellingen - Start, stop, referentie - Constante toerentallen of
parametergroep
22 Toerentalref
DI3
DI4
0
0
1
0
0
1
1
1
2)
Zie Menu - Primaire instellingen - Hellingen of parametergroep
DI5 Hellingset
0
1
1
2
3)
Aard de buitenste afscherming van de kabel over 360 graden onder de aardklem
op de aardingsplaat voor de besturingskabels.
4)
Aangesloten met jumpers in de fabriek.
5)
Alleen frames R6...R11 hebben de klemmen 40 en 41 voor externe 24 V AC/DC ingang.
6)
Selecteer spanning of stroom voor ingangen AI1 en AI2 en uitgang AO1 via respectievelijk
parameters 12.15,
Ingangssignalen
•
Analoge toerental-referentie (AI1)
•
Start/stop selectie (DI1)
•
Draairichting selectie (DI2)
•
Constante toerental selectie (DI3, DI4)
•
Hellingset (1 of 2) selectie (DI5)
Uitgangssignalen
•
Analoge uitgang AO1: Uitgangsfrequentie
•
Analoge uitgang AO2: Motorstroom
•
Relaisuitgang 1: Gereed voor bedrijf
•
Relaisuitgang 2: In bedrijf
•
Relaisuitgang 3: Fout (-1)
2
(klemmen +24V, DGND, DCOM, B+, A-)
2
(klemmen DI, AI, AO, AGND, RO, STO)
2
(alle klemmen)
selectie.
Bedrijf/Parameter
Stel toerental in via AI1
22.26 Constant toerental 1
22.27 Constant toerental 2
22.28 Constant toerental 3
Parameters
23.12 Acceleratietijd 1
23.13 Deceleratietijd 1
23.14 Acceleratietijd 2
23.15 Deceleratietijd 2
12.25
en 13.15.
Besturingsmacro's 83
23 Toerentalref
helling.