Waarschuwingen
Er is een reduceerventiel (niet meegeleverd) nodig als de toe-
voerdruk hoger is dan 0,5 MPa (5 bar), die op de hoofdaan-
sluiting aangesloten dient te worden.
Sluit de veiligheidsunit aan op een afvoerslang, met toegang
zijn voor de afvoer van het water bij uitzetting tijdens opwar-
ming of bij aftapping van de boiler.
Er moet een opvangbak geïnstalleerd worden onder de boiler
wanneer deze geplaatst wordt in een verlaagd plafond, op de
zolder of boven bewoonde ruimte. De opvangbak moet met de
riolering verbonden zijn.
• Voordat het deksel wordt verwijderd, moet de stroom uitge-
schakeld worden om een stroomschok te vermijden.
• De installatie moet stroomopwaarts van de boiler een alpo-
lige verbrekingsinrichting hebben (stroomonderbreker,
zekering) overeenkomstig de plaatselijk geldende installa-
tieregels (verliesstroomschakelaar van 30 mA).
• Het toestel moet geaard worden. Hiervoor is een speciale
aansluitklem aanwezig met het symbool
• Raadpleeg de bedradingsschema's in de handleiding.
• De elektrische installatie moet worden uitgevoerd in over-
eenstemming met de geldende voorschriften, met name:
norm NF C 15-100.
• Dit toestel is ontworpen om te werken op een nominale
spanning van 230 Volt 50 Hz. Op geen enkel moment
(ook niet tijdens de opstartfase) mag de spanning op de
118
118
118
118
Installatie
.