Waarschuwingen
aansluitpunten van het toestel minder dan 198 V of meer
dan 264 V bedragen.
• De maximale kabellengte is gebaseerd op een spannings-
val die kleiner moet zijn dan 2%. Gebruik dikkere kabels
als het spanningsverlies 2% of meer bedraagt.
• De elektrische aansluitingen mogen pas worden gemaakt
als alle andere montagehandelingen (bevestigen, monte-
ren, ...) zijn voltooid.
• Controleer of de bedrading niet onderhevig is aan slijtage,
corrosie, overmatige druk, trillingen, scherpe randen of
andere nadelige omgevingsinvloeden.
• De airconditioningunits zijn ontworpen om te werken met
de volgende nulleidersystemen: TT en TN. Het IT-systeem
is niet geschikt voor deze toestellen (gebruik een schei-
dingstrafo). Eenfasige voedingen zonder nulleider (tussen
moet de nulleider ook altijd verdeeld zijn (TT of TN).
• Het contract met de energieleverancier moet voldoende
zijn om niet alleen het vermogen van het toestel te dekken,
maar ook de som van de vermogens van alle toestellen
die tegelijkertijd in werking kunnen zijn. Als er onvoldoende
vermogen is, controleer dan bij de energieleverancier de
waarde van het vermogen in uw contract.
• Vraag de exploitant van het elektriciteitsdistributienetwerk
men, enz.
• Gebruik nooit een stopcontact voor de stroomvoorziening.
•
ziening niet met andere apparaten.
• Gebruik voor de voeding van het toestel een onafhanke-
lijke stroomtoevoerleiding die beveiligd is met een alpolige
Installatie
-
-
119
119
119
119