Waarschuwingen
6.
Vul de boiler met water om de dichtheid te testen alvorens de koudemiddelleidingen aan
te sluiten (raadpleeg het hoofdstuk "Vullen van de boiler").
LET OP:
De koudemiddelleidingen moeten thermisch geïsoleerd worden om brandwonden te
voorkomen en optimale prestaties te garanderen.
•
Kies de kortste en eenvoudigste weg; de prestaties en de levensduur van het
systeem hangen ervan af. De leidingen mogen niet geplooid worden.
•
De 2 koudemiddelleidingen moeten afzonderlijk worden geïsoleerd.
•
Gebruik uitsluitend R32-koudemiddel. Mengen met een ander gas of met lucht is
verboden.
•
Voor een goede werking en de betrouwbaarheid van het systeem op de lange termijn
moet de installatie goed worden vacuümgetrokken.
•
Controleer voor het opstarten van de buitenunit of de 2- en 3-wegkranen goed open
staan. De compressor zou beschadigd worden als het systeem met gesloten kranen
wordt opgestart; dergelijke schade valt niet onder de garantie.
•
Verwijder het deksel van de
vloeistofaansluitingen op de
buitenunit.
Verlies de schroef niet bij het demonteren.
134
134
Installatie