Raak
Tot
Raak deze knop aan om naar het beginscherm terug te keren.
Een dialoogvenster met contextgevoelige Help openen op het
bedieningspaneel van de printer.
Naar links bladeren.
Naar rechts bladeren.
Papierformaat en papiersoort instellen
Blader in het startscherm naar:
>Menu Papier >Papierformaat/-soort > selecteer een lade >
selecteer het papierformaat of de papiersoort >
Instellingen voor Universal papier configureren
Het universele papierformaat is een door de gebruiker gedefinieerde
instelling waarmee u kunt afdrukken op papierformaten die niet vooraf
zijn ingesteld in de printermenu's.
Opmerkingen:
•
Het kleinste ondersteunde formaat voor Universeel is
6 x 127 mm en kan alleen worden geplaatst in de
universeellader.
•
Het grootste ondersteunde formaat voor Universeel is
216 x 355,6 mm en wordt ondersteund vanuit alle
papierbronnen.
1
Blader op het bedieningspaneel van de printer naar:
>Menu Papier >Universal-instelling >Maateenheden >
selecteer een maateenheid >
2
Raak Breedte staand of Hoogte staand aan.
3
Selecteer de breedte of de hoogte en raak
Afdrukken vanaf een flash-station
Opmerkingen:
•
Als u een gecodeerd PDF-bestand wilt afdrukken, wordt u
gevraagd het wachtwoord voor het bestand in te voeren via het
bedieningspaneel van de printer.
•
U kunt geen bestanden afdrukken waarvoor u geen
afdrukmachtiging hebt.
1
Plaats een flash-station in de USB-poort.
Opmerkingen:
•
Als er een flashstation wordt geplaatst, verschijnt er in het
startscherm van de printer een flashstation-pictogram.
•
De printer negeert het flashstation als u het aansluit terwijl
de printer een probleem heeft, zoals een storing.
•
Wanneer u het flash-station aansluit terwijl de printer bezig
is met het verwerken van andere afdruktaken, verschijnt het
bericht Printer is bezig. Nadat deze afdruktaken zijn
verwerkt, wilt u misschien de lijst met wachttaken bekijken
om documenten vanaf uw flash-station af te drukken.
5
Let op—Kans op beschadiging: Raak de aangegeven gedeelten
van het flashstation of de printer niet aan terwijl er wordt
afgedrukt vanaf, gelezen van of geschreven naar het
aan.
opslagapparaat. Er kunnen anders gegevens verloren gaan.
2
Raak op het bedieningspaneel van de printer het document aan dat
u wilt afdrukken.
3
Raak de pijlen aan om het aantal kopieën dat u wilt maken op te
geven en raak Afdrukken aan.
Opmerkingen:
•
Verwijder het flashstation pas uit de USB-poort wanneer het
document is afgedrukt.
•
Als u het flash-station in de printer laat nadat u het
beginscherm van het menu USB hebt verlaten, raakt u Taken
in wacht aan op het beginscherm om bestanden op het
flashstation af te drukken.