5
Herhaal de stappen 3 en 4 voor elk
muziekstuk dat u aan uw
muziekprogramma wilt toevoegen.
6
Druk op de · weergavetoets.
Alle geprogrammeerde muziekstukken
worden dan in de door u gekozen
volgorde afgespeeld.
Voor het
Doet u het volgende
Druk op de π stoptoets en
Uitschakelen
van de
dan net zovaak op de PLAY
programma-
MODE toets tot de
weergave
aanduiding "PROGRAM"
dooft.
Toevoegen van
1 Kies het muziekstuk met de
een muziekstuk
MULTI JOG instelknop.
aan uw
2 Druk op de ENTER/YES
muziekprogramma
invoertoets.
(in de
stopstand)
Wissen van het
Druk in de stopstand
nogmaals op de π stoptoets.
gehele
muziekprogramma
Tip
Een eenmaal vastgelegd muziekprogramma blijft
ook na afspelen in het geheugen bewaard. Met een
druk op de · weergavetoets kunt u hetzelfde
programma dus nogmaals weergeven.
Alvorens u begint
met opnemen
Minidiscs (afgekort tot MD) zijn een digitaal
medium, waarop u muziek kunt opnemen en
afspelen met een geluidskwaliteit
vergelijkbaar met die van compact discs. Een
van de handige funkties van minidiscs is de
mogelijkheid muziekstukken te markeren. Dit
stelt u in staat vlot en gemakkelijk een
gewenst punt in de muziek op te zoeken en
om de opgenomen muziekstukken naar
keuze in een andere volgorde te zetten of
anderszins aan te passen. Afhankelijk van de
geluidsbron worden er verschillende
methoden van opnemen gebruikt en worden
de muziekstuknummers ook anders
vastgelegd.
Bij opnemen vanaf:
• De compact disc speler van deze
stereo-installatie
– Het digitale signaal van de CD-speler
wordt ongewijzigd op de minidisc
opgenomen (volledig digitale opname*)
– De muziekstuknummers worden
automatisch overgenomen net als ze op de
oorspronkelijke compact disc staan.
• Andere digitale apparatuur
(zoals bijvoorbeeld een DAT cassettedeck)
– Het digitale signaal wordt omgezet in een
analoog signaal, dan weer teruggebracht in
digitale vorm en aldus opgenomen**
(analoge opname).
– Aan het begin van de opname wordt er in
elk geval automatisch een
muziekstuknummer aangebracht, maar als
u de LEVEL SYNC funktie inschakelt (zie
blz. 26) worden er automatisch
muziekstuknummers aangebracht volgens
het nivo van het inkomend geluidssignaal.
DHCMD5 3-858-047-42 (1)NL
wordt vervolgd
23