Belichting regelen
(EXPOSURE)
2,3
1
Zet de MODE-
keuzeschakelaar op MOVIE
of STILL.
2
Kies in het menu
achtereenvolgens de opties
[CAMERA] en [EXPOSURE].
3
Kies de gewenste
belichtingswaarde.
Regel de belichting terwijl u de
helderheid van de achtergrond
controleert. U kunt waarden kiezen
van +2,0 EV tot –2,0 EV in
stappen van 1/3 EV.
Opmerking
Wanneer het onderwerp extreem helder of
donker is, of wanneer u de flitser gebruikt,
kan de belichting niet altijd goed worden
ingesteld.
44
-NL
Kleurbalans regelen
(WHITE BALANCE)
Gewoonlijk wordt de kleurbalans
1
automatisch geregeld.
2,3
1
Zet de MODE-
keuzeschakelaar op MOVIE
of STILL.
2
Kies in het menu
achtereenvolgens de opties
[CAMERA] en [WHITE
BALANCE].
3
Kies de gewenste
kleurbalans-instelling.
IN DOOR (n)
• Op plaatsen met snel
veranderende
lichtomstandigheden
• Bij zeer fel licht, zoals in
fotostudio's
• Onder natrium- of kwiklampen
OUT DOOR (
Zonsopgang of zonsondergang,
nachtopnamen, neonverlichting of
vuurwerk
HOLD
Een onderwerp of achtergrond met
één kleur
AUTO (geen indicatie)
Kleurbalans automatisch regelen
Terugkeren naar
automatische regeling
Kies bij stap 3 [AUTO].
Opmerking
Kies [AUTO] wanneer u opneemt onder TL-
verlichting.
1
)