5 Op de voedingsspanning aansluiten
Aansluitkabel voor
Ex-toepassingen
kiezen
Kabelafscherming en
aarding
Kabel afscherming en
aarding voor Ex-toepas-
singen
10
Bij Ex-toepassingen moeten de bijbehorende installatievoorschriften
worden aangehouden.
Wanneer afgeschermde kabel nodig is, legt u de kabelafscherming
aan beide zijden op het aardpotentiaal. In de VEGABOX 02 moet de
afscherming direct op de interne aardklem worden aangesloten. De
externe aardklem op de behuizing moet laagohmig met de potentiaal-
vereffening zijn verbonden.
Indien potentiaalvereffeningsstromen kunnen worden verwacht, moet
de verbinding aan de signaalzijde via een keramische condensator
(bijv. 1 nF, 1500 V) worden gerealiseerd. De laagfrequente potenti-
aalvereffeningsstromen worden nu onderdrukt, de beschermende
werking tegen hoogfrequentie stoorsignalen blijft echter behouden.
Bij Ex-toepassingen verdient eenzijdige aarding op de sensor aanbe-
veling, zie EN 60079-14.
5.2
Aansluitstappen
Ga als volgt tewerk:
1. VEGABOX 02 op de montagerail klikken of op een montageplaats
schroeven.
2. Dekselschroeven losmaken en deksel afnemen
3. Sensorkabel door de kabelwartel in de VEGABOX 02 schuiven
4. Klemschroeven met schroevendraaier losdraaien.
5. Aderuiteinden conform aansluitschema in de open klemmen
steken
6. Klemschroeven met schroevendraaier weer vastdraaien.
7. Controleer of de kabels goed in de klemmen zijn bevestigd door
licht hieraan te trekken
8. Wartelmoer van de kabelwartel vast aandraaien. De afdichtring
moet de kabel geheel omsluiten
9. Voedingskabel volgens de stappen 3 t/m 8 aansluiten.
10. Deksel behuizing vastschroeven
De elektrische aansluiting is zo afgerond.
VEGABOX 02 •