7. Steek de stekker van de voedingskabel in een stopcontact.
OPMERKING: Raadpleeg de sectie Let op! in deze handleiding voor de juiste voedingskabel (zie
8. Zet de monitor aan met behulp van de aan/uit-knop en zet vervolgens de computer aan (Illustratie E.1).
OPMERKING: Bij problemen raadpleegt u de sectie Problemen oplossen in deze gebruikershandleiding (zie
Instelbare en draaibare voet
Verhogen en verlagen: Houd de monitor aan beide zijden vast en stel de gewenste hoogte in.
Kantelen en draaien: Houd de boven- en onderzijde van de monitor vast en stel de gewenste kijkhoek in.
Schermrotatie: Houd de monitor aan beide zijden vast en wijzig de stand van liggend in staand.
Als u het schermmenu liggend of staand wilt weergeven, raadpleegt u de sectie Besturingselementen OSD (On Screen
Display) (zie
pagina
16).
Draaien en hoger en lager zetten
LET OP: Ga voorzichtig te werk wanneer u de positie van het monitorscherm aanpast. Oefen geen druk uit op het LCD-
scherm wanneer u de hoogte aanpast.
Verwijder voordat u het scherm draait de voedingskabel en alle kabels uit de monitor. Stel het scherm op de
hoogste stand in om te voorkomen dat het scherm het bureau raakt of uw vingers bekneld raken.
Aan/uit-knop
Illustratie E.1
Nederlands-11
pagina
1).
Kantelen en draaien
pagina
30).