Kleurmodus
Kies de scanmodus.
Met [Geavanceerde tekstverbetering II] verwijdert of verwerkt u de
achtergrondkleur en achtergrond rond de tekst, zodat de tekst beter
leesbaar wordt. Wanneer [Geavanceerde tekstverbetering II] is
geselecteerd, kunt u de tekst in gescande beelden leesbaarder
maken door het contrast aan te passen op het tabblad [Helderheid].
Met [Automatisch detecteren] wordt gedetecteerd of het document in
kleur, grijstinten of zwart-wit is. U kunt geavanceerde instellingen
voor de detectiemethode configureren door op [Instelling] te klikken.
Zie de Help voor nadere informatie.
Paginaformaat
Selecteer het paginaformaat dat overeenkomt met het te scannen document.
Als u [Aanpassen aan origineel formaat] selecteert, dan worden de randen
van het document gedetecteerd en worden afbeeldingen met hetzelfde
formaat als het document opgeslagen. Verder wordt [Trimmen] in het
tabblad [Beeldverwerking] alleen ingeschakeld als [Aanpassen aan
origineel formaat] is geselecteerd.
Dots per inch
Kies de scanresolutie.
Hogere resoluties geven betere beelden maar resulteren in een grotere
bestandsgrootte en het scannen gaat langzamer.
Wanneer [Automatisch detecteren] is opgegeven, wordt de resolutie
automatisch gedetecteerd op basis van de inhoud die in het document
wordt afgedrukt.
Te scannen zijde
Selecteer welke kant(en) van het document u wilt scannen.
Als de te scannen zijde is ingesteld op [Blanco pagina overslaan], dan
worden de beelden van blanco pagina's overgeslagen bij het opslaan van
de beelden.
De basisvoorwaarden voor scannen bevestigen
Als u een document scant, dient u de basisvoorwaarden [Kleurmodus],
[Dots per inch], [Paginaformaat] en [Te scannen zijde] te bevestigen in het
dialoogvenster met geavanceerde instellingen.
37