Terrassen-Markise Topas
���
Pict 11.1
11.
Montage von gekoppelten Anlagen
11.1
Sicherheitshinweise
Vor Beginn der Montage ist zu prüfen,
• o b die gelieferten Montagekonsolen in Art und Anzahl
mit der Bestellung übereinstimmen,
• o b die bei der Bestellung gemachten Angaben über
den Befestigungsuntergrund mit dem tatsächlich vor-
gefundenem Befestigungsuntergrund übereinstimmen.
Sollten hierbei Abweichungen festgestellt werden, welche die
Sicherheit beeinträchtigen, so darf die Montage nicht durchge-
führt werden.
���
11.2
Teilmontierte Markisen
B ei werksseitig teilmontierten Markisen – z. B. gekoppelte
Anlagen ohne Tuch – sind die unter Federspannung ste-
henden Teile (siehe Kennzeichnung) gegen unbeabsich-
tigtes Öffnen gesichert. Diese Sicherung darf erst nach
der kompletten Montage entfernt werden.
Es besteht eine hohe Verletzungsgefahr durch die unter Feder-
spannung stehenden gekennzeichneten Markisenteile!
���
11.3
Gekoppelte Markisen mit Gleitlager (durchgehendes Tuch)
(Pict 11.1)
Ü berprüfen Sie die korrekte Einstellung des Gleitlagers,
da es sonst zum Herausspringen der Tuchwelle kommen
kann.
• D ie Montage erfolgt, wie unter dem jeweiligen Markisen t yp
beschrieben.
• D ie Montage der einzelnen Anlagenteile kann je nach örtlicher
Situation von links oder von rechts erfolgen.
• E rstes Anlagenteil in die Konsolen schieben und die Markise mit
Schrauben M8 x 50 sichern.
Wichtig! Arme gegen Herausklappen sichern!
• D as Gleitlager ist auf dem Tragrohr befestigt. Den Gleitlager-
schutz noch nicht entfernen.
• N ächstes Anlagenteil in die Konsolen einschieben.
• G leichzeitig die Tuchwellen mittels Vierkant und die Tragrohre
mittels Tragrohrkopplung verbinden.
Wichtig! Die Tuchwellennuten müssen in der gleichen Position
sein.
• Z weites Markisenteil sichern.
• K opplungsprofil für das Dachprofil so verschieben, dass die Stoß-
fuge der Dächer abgedeckt wird.
Montageanleitung
Montagehandleiding
11.
Montage van gekoppelde schermen
11.1
Veiligheidsinstructies
Voor het begin van de montage controleren,
• o f de juiste soort en het juiste aantal consoles volgens
de bestelling geleverd is,
• o f de bij de bestelling verstrekte gegevens m.b. t. de
bevestigingsondergrond met de werkelijk aangetroffen
bevestigingsondergrond overeenkomen.
Mochten hierbij afwijkingen geconstateerd zijn, die de veiligheid
nadelig kunnen beïnvloeden, dan mag de montage niet uitge-
voerd worden.
���
11.2
Gedeeltelijk gemonteerde zonneschermen
B ij zonneschermen, die gedeeltelijk op de fabriek gemon-
teerd zijn – bijv. gekoppelde schermen zonder doek – zijn
de onderdelen, die onder veerspanning staan (zie ken-
merking) tegen openen beveiligd. Deze beveiliging mag
pas na de complete montage verwijderd worden.
Er bestaat ernstig gevaar voor verwondingen door de onderdelen
van het zonnescherm, die onder veerspanning staan!
���
11.3
Gekoppelde schermen met glijlager (doorlopend doek)
(Pict 11.1)
C ontroleer de correcte instelling van het glijlager, omdat
anders de doekas eruit kan springen.
• V oor de montage zie het betreffende schermtype.
• D e montage van de afzonderlijke schermdelen kan afhankelijk
van de situatie ter plaatse van links of van rechts geschieden.
• H et eerste schermdeel in de consoles schuiven en het scherm
met schroeven M8 x 50 borgen.
Belangrijk! Armen tegen uitklappen beveiligen!
• H et glijlager is op de draagbuis bevestigd. De glijlagerbescher-
ming nog niet verwijderen.
• Het volgende schermdeel in de consoles schuiven.
• T egelijkertijd de doekassen d. m.v. een vierkantelement en de
draagbuizen d. m. v. een draagbuiskoppeling verbinden.
Belangrijk! De doekasgleuven moeten zich in dezelfde positie
bevinden.
• T weede schermdeel borgen.
• K oppelingsprofiel voor het dakprofiel zo verschuiven, dat de
stootvoeg van de daken afgedekt wordt.
16