Beelden worden niet op het scherm weergegeven.
Koppel de kabel voor de multifunctionele aansluiting (DSC-W50) of de A/V-kabel (DSC-
•
W30/W40) los indien aangesloten (blz. 78).
Het beeld verschijnt niet op het tv-scherm.
Controleer [Video-uit] om te zien of het video-uitgangssignaal van de camera is ingesteld
•
overeenkomstig het kleursysteem van de tv (blz. 54).
Controleer of de aansluiting juist is (blz. 78).
•
Wanneer de kabel voor de multifunctionele aansluiting (DSC-W50) of de USB-kabel
•
(DSC-W30/W40) is aangesloten op de USB-poort, koppelt u de kabel los.
Beelden wissen/bewerken
De camera kan geen beeld wissen.
Annuleer de beveiliging (blz. 40).
•
U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijfbeveiligingsschakelaar terwijl de
•
schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand LOCK staat. Zet de schrijfbeveiligingsschakelaar in
de stand voor opnemen (blz. 96).
U hebt per ongeluk een beeld gewist.
Als u eenmaal een beeld hebt gewist, kunt u dit niet herstellen. Wij adviseren dat u de beelden
•
beveiligt (blz. 39) of op de "Memory Stick Duo" de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand
LOCK zet (blz. 96) om per ongeluk wissen te voorkomen.
De functie voor verandering van het formaat werkt niet.
U kunt het beeldformaat van bewegende beelden en Multi Burst-beelden niet veranderen.
•
De DPOF (afdruk-)markering kan niet worden afgebeeld.
De DPOF (Afdruk-)markering kan niet worden afgebeeld op bewegende beelden.
•
Bewegende beelden kunnen niet worden geknipt.
De bewegende beelden zijn niet lang genoeg om te knippen (korter dan ongeveer twee
•
seconden).
Annuleer de beveiliging (blz. 40).
•
Stilstaande beelden kunnen niet worden geknipt.
•
NL
86