BLUETOOTH-functies
Luisteren naar muziek
van een BLUETOOTH-
apparaat
Dit systeem met een
BLUETOOTH-apparaat
koppelen
Koppelen is een handeling waarbij
BLUETOOTH-apparaten vooraf bij elkaar
geregistreerd worden. Zodra een
koppelingshandeling is uitgevoerd,
hoeft deze niet nogmaals te worden
uitgevoerd.
1
Plaats het BLUETOOTH-apparaat
binnen een afstand van 1 meter
van de Bar Speaker.
2
Druk op
PAIRING op de Bar
Speaker.
De blauwe LED-aanduiding op de
Bar Speaker knippert snel tijdens
het BLUETOOTH-koppelen.
3
Activeer de BLUETOOTH-functie
en selecteer vervolgens
"HT-CT390" na het zoeken met het
BLUETOOTH-apparaat.
Voer deze stap binnen 5 minuten uit
daar de functie voor het koppelen
anders wordt geannuleerd.
Wanneer de BLUETOOTH-
verbinding is gemaakt, zal de
blauwe LED-aanduiding oplichten.
Opmerkingen
• Als een wachtwoord vereist is op het
BLUETOOTH-apparaat, voer dan "0000".
Wachtwoord kan afhankelijk van het
apparaat ook "Passcode", "PIN-code",
"PIN-nummer" of "Password" worden
genoemd.
• U kunt maximaal 9 BLUETOOTH-
apparaten koppelen. Als het 10e
BLUETOOTH-apparaat wordt gekoppeld,
wordt het minst recent gekoppelde
apparaat vervangen door het nieuwe
apparaat.
Luisteren naar muziek van
het gekoppelde apparaat
1
Schakel de BLUETOOTH-functie
van het gekoppelde apparaat in.
2
Druk herhaaldelijk op INPUT om
"BT" te selecteren.
Het systeem maakt automatisch
weer een verbinding met het
BLUETOOTH-apparaat waar het
meest recentelijk mee was
verbonden.
Wanneer de BLUETOOTH-
verbinding is gemaakt, zal de
blauwe LED-aanduiding oplichten.
3
Start de weergave op het
BLUETOOTH-apparaat.
4
Met deze toets kunt u het volume
aanpassen.
• Stel het volume van het
BLUETOOTH-apparaat in.
• Stel het volume van de Bar
Speaker in met +/–.
• Stel het volume van de subwoofer
in met SW +/–.
Opmerkingen
• Nadat het systeem en het BLUETOOTH-
apparaat eenmaal zijn verbonden, kunt u
de weergave regelen met en
/.
13
NL