GEVAAR
Als de grasgeleider, afsluiter van de afvoer
of de grasvanger niet op de juiste plaats
zijn gemonteerd, kunnen u of anderen
in aanraking komen met het maaimes of
uitgeworpen voorwerpen. Contact met
draaiende maaimessen en uitgeworpen
voorwerpen kan lichamelijk of dodelijk letsel
veroorzaken.
• Verwijder de grasgeleider nooit van het
maaidek omdat hiermee het maaisel
wordt afgevoerd naar het gazon. Een
beschadigde grasgeleider moet direct
worden vervangen.
• Steek nooit handen of voeten onder het
maaidek.
• Probeer nooit het afvoersysteem of de
maaimessen te reinigen zonder eerst de
messchakelaar (aftakas)
het contactsleuteltje op
dit te verwijderen.
• Controleer of de grasgeleider omlaag staat.
De machine transporteren
Gebruik een aanhanger of vrachtwagen voor zwaar
vervoer om de machine te transporteren. Zorg ervoor
dat de aanhanger of vrachtwagen is voorzien van
alle benodigde remmen, verlichting en aanduidingen
die wettelijk vereist zijn. Lees aandachtig alle
veiligheidsinstructies. Met behulp van deze informatie
kunt u letsel van uw gezinsleden, omstanders, dieren
en uzelf voorkomen.
WAARSCHUWING
Rijden op de weg zonder richtingaanwijzers,
verlichting, reflectoren of een bord met de
aanduiding 'Langzaam rijdend voertuig' is
gevaarlijk en kan leiden tot ongelukken die
lichamelijk letsel veroorzaken.
Rijd niet met de machine op de openbare weg.
De machine transporteren:
1.
Als u een aanhanger gebruikt, bevestig
deze dan aan het sleepvoertuig en sluit de
veiligheidskettingen aan.
2.
Sluit indien van toepassing de remmen van de
aanhanger aan.
3.
Laad de machine op de aanhanger of de
vrachtwagen.
4.
Zet de motor af, verwijder het sleuteltje, stel de
rem in werking en sluit de brandstofklep.
te schakelen,
UIT
te draaien en
UIT
5.
Gebruik de metalen bindogen op de machine
om deze goed te bevestigen op de aanhanger of
de vrachtwagen met banden, kettingen, kabels
of touwen
(Figuur
1. Bindogen van tractie-eenheid
De machine inladen
Wees extra voorzichtig als u machine inlaadt op een
aanhanger of een vrachtwagen of de machine uitlaadt.
Gebruik voor deze procedure een oprijplaat over de
volledige breedte die breder is dan de machine. Rij
de machine achteruit op de oprijplaat en rij er vooruit
af
(Figuur
38).
1. Rij de machine achteruit
op de oprijplaat.
Belangrijk:
Gebruik geen smalle, afzonderlijke
oprijplaten voor elke zijde van de machine.
Zorg dat de oprijplaat zo lang is dat de hellingshoek
niet groter is dan 15 graden
een vlakke ondergrond moet u dus een oprijplaat
gebruiken die minstens 4 keer zo lang is als de
afstand van de laadbak van de vrachtwagen of
aanhanger tot de grond. Een steilere hoek kan ertoe
leiden dat onderdelen van de maaier blijven haken als
de machine van de oprijplaat naar de aanhanger of
de vrachtwagen rolt. Steilere hoeken kunnen ook tot
32
37).
Figuur 37
Figuur 38
2. Rij de machine vooruit de
oprijplaat af.
(Figuur
39). Op
g009028
g028043