INSTALLEREN EN AANSLUITEN
7. Steek de waterslangen zo ver mogelijk in de ingang (A) en uitgang (B) van het waterfilter en
plaats de borgclips weer terug.
A
8. Schroef terugstroombeveiligingsunit C vast aan de waterkraan.
9. Steek het uiteinde van de waterslang die in de ingang van het waterfilter zit in andere kant
van terugstroombeveiligingsunit C en zet vast met de borgclip.
10. Zet de kraan open en controleer op lekkages. Indien er lekkages optreden, herhaalt u de
stappen 7, 8 en 9. Als de lekkage blijft, adviseren wij u contact op te nemen met het service
centrum.
11. Spoel het waterfilter 5 minuten door. Draai de kraan weer dicht.
Plaatsing en gebruik van de watertoevoer valt niet onder de fabrieksgarantie van de koel/
vriescombinatie of de ijsmaker. Volg deze aanwijzingen zorgvuldig op. Daarmee verkleint
u het risico van waterschade.
NL 16
B
C