7.
De autoradio gebruiken
De autoradio maakt gebruik van het TomTom-navigatiesysteem voor het
De autoradio gebruiken
weergeven van informatie, afspelen van video's en weergeven van knoppen.
Via je TomTom-navigatiesysteem kun je het volgende regelen:
• De radio
• De radio-cd/cd-rom/dvd-speler
• Een iPod
• Muziek die is opgeslagen op een USB-stick
Raadpleeg de gebruikershandleiding bij de autoradio voor uitgebreide
informatie.
Overschakelen naar audio
Om je autoradio te bedienen via je TomTom-navigatiesysteem, druk je op de
knop Screen op de autoradio en laat je deze direct weer los. Je kunt op elk
gewenst moment terugkeren naar de navigatiefuncties door nogmaals op de
knop Screen te drukken. Om over te schakelen naar andere audiobronnen,
druk je op de knop Source op de autoradio.
Het volume van muziek en de radio wordt ingesteld via de volumeregeling van
de autoradio. Je kunt het volume van gesproken instructies en handsfree
bellen apart aanpassen door het volume op je TomTom-navigatiesysteem te
wijzigen.
De radio gebruiken
Je TomTom-navigatiesysteem geeft het radiostation en de frequentie weer
waarop je hebt afgestemd.
Je kunt een radiostation opslaan zodat het voorgeprogrammeerd blijft. Per
radioband kun je zes radiostations voorprogrammeren. Als je een frequentie
wilt opslaan, houd je het nummer ingedrukt waaronder je de frequentie wilt
opslaan. Als de kleur van de knop verandert, is de frequentie opgeslagen.
Een iPod® en USB-opslagapparaten gebruiken
Via je TomTom-navigatiesysteem kun je muziek en video's afspelen die je hebt
opgeslagen op je iPod® evenals muziek die je hebt opgeslagen op een USB-
opslagapparaat. De kabel die je nodig hebt om een iPod op je autoradio aan
te sluiten, is verkrijgbaar als accessoire.
17