Bericht
32 Vervang niet-onderst.
printcartridge
34 Papier te kort
35 Onvoldoende geheugen
voor ondersteuning van
functie voor
bronnenopslag
37 Onvoldoende geheugen
voor defragmentatie
flashgeheugen
37 Onvoldoende geheugen
voor sorteren
37 Onvoldoende geheugen,
sommige taken in wacht
zijn verwijderd
Interventieberichten
Betekenis
De MFP heeft binnen 10–20 seconden
na het sluiten van de bovenklep een
niet-ondersteunde tonercartridge
vastgesteld.
Het afdrukmateriaal is niet lang
genoeg om de opgemaakte gegevens
af te drukken.
De MFP heeft onvoldoende
geheugen om Bronnen opslaan te
kunnen inschakelen. Dit bericht geeft
meestal aan dat er te veel geheugen
is toegewezen aan één of meerdere
koppelingsbuffers van de MFP.
De MFP kan het flashgeheugen niet
defragmenteren omdat het geheugen
voor opslag van de herstelde
flashbronnen vol is.
De MFP kan de taak niet sorteren
omdat het geheugen vol is.
Er worden taken in de wacht
verwijderd om de huidige taak te
kunnen verwerken.
Het bericht wordt één keer per taak
weergegeven.
109
Actie
Verwijder de niet-ondersteunde tonercartridge
en plaats een ondersteunde tonercartridge om
het afdrukken voort te zetten.
Gedurende de 10–20 seconden voorafgaand
aan de detectie van de niet-ondersteunde
tonercartridge blijft de MFP mogelijk pagina's
afdrukken. Deze pagina's worden niet opnieuw
afgedrukt nadat de nieuwe tonercartridge is
geplaatst.
Raak Doorgaan aan om het bericht te wissen
en door te gaan met afdrukken. De pagina
waardoor dit bericht werd geactiveerd, wordt
niet automatisch opnieuw afgedrukt.
Zorg ervoor dat de optie Papierformaat in het
menu Papier is ingesteld op het formaat van het
gebruikte afdrukmateriaal. Controleer of het
afdrukmateriaal lang genoeg is voor de
geformatteerde gegevens als Formaat U-lader
is ingesteld op Universal.
Raak zo nodig Taak annuleren aan om de
actieve taak te annuleren.
Raak Doorgaan aan om Bronnen opslaan uit te
schakelen en door te gaan met afdrukken.
Installeer extra geheugen.
Raak Doorgaan aan om het bericht te wissen.
Installeer extra geheugen of verwijder enkele
lettertypen, macro's of andere gegevens om
geheugenruimte vrij te maken en de
defragmentatie te kunnen uitvoeren.
Raak Doorgaan aan om de pagina's af te
drukken die al waren verwerkt voordat het
geheugen vol was. Hierna wordt geheugen
vrijgemaakt om de rest van de afdruktaak te
kunnen sorteren.
Als er bijvoorbeeld 10 exemplaren van een
document van 50 pagina's worden afgedrukt en
de MFP na pagina 30 onvoldoende
geheugenruimte heeft, worden de pagina's 1–30
gesorteerd en in tienvoud afgedrukt. Vervolgens
worden de pagina's 31–50 gesorteerd en in
tienvoud afgedrukt.
Raak zo nodig Taak annuleren aan om de
actieve taak te annuleren.
Raak Doorgaan aan om het bericht te wissen
en door te gaan met afdrukken.
Installeer extra geheugen om deze storing in het
vervolg te voorkomen.
Raak zo nodig Taak annuleren aan om de
actieve taak te annuleren.