Inregelen
Druk op de functietoets Meten.
13
Druk op de Kalibratie-knop (1)
14
op de Dp Sensor.
De kalibratie is voltooid als er
15
een melding op het display
verschijnt, die zegt dat u
de kalibratieknop (2) kunt
ontspannen.
De meting begint en waardes
16
voor de aangesloten afsluiter
worden weergegeven.
Druk op de functietoets Doorgaan.
17
Sluit de afsluiter en druk dan op de functietoets Klaar.
18
De waardes voor de gesloten afsluiter worden weergegeven.
19
Druk op de functietoets Doorgaan.
Open de afsluiter opnieuw tot de vorige instelling, zoals
20
aangegeven, en druk op de functietoets Doorgaan.
De geselecteerde module verschijnt op de display. Navigeer
21
met
functietoets Meet en herhaal deze procedure vanaf punt 11.
Ga door met het meten van alle afsluiters in de module totdat
22
ze allemaal in het groen zijn afgevinkt. Volg de bovenstaande
procedure en de instructies op het scherm. Om de huidige
status van de afsluiters te controleren drukt u op
waardes
Wanneer alle afsluiters in de gekozen module gemeten zijn,
23
selecteert u
Op de display verschijnt nu een tabel met gediagnostiseerde
24
drukverschillen (Dp) in de module. De gediagnostiseerde
drukverschillen komen overeen met de drukverschillen die in
alle kringen en leidingdelen (aanvoer + retour) zullen ontstaan
wanneer in alle kringen het ontwerpdebiet wordt gerealiseerd.
36
naar de volgende afsluiter die u wilt meten. Druk op de
in het
Opties
menu.
Berekenen
Tip! Als de Dp Sensor
!
aangeeft tijdens meten of inregelen, sluit hem
dan met de USB-kabel aan op de Bedieningsunit
voor extra spanning� Voor details over opladen, zie
pagina 49�
1
in het
menu
Opties
een lage batterijspanning
TA-SCOPE
2
Bekijk gemeten