Haakjes
Alle berekeningen tussen haakjes worden eerst uitgevoerd. Bijvoorbeeld:
in de uitdrukking
werkt het EOS™ eerst het gedeelte van de
4(1+2)
uitdrukking tussen de haakjes uit, 1+2, en vermenigvuldigt vervolgens
het antwoord, 3, met 4
Tegengestelde (negatie)
Gebruik de negatietoets om een negatief getal in te voeren. Druk op Ì
en voer het getal in. Op de TI-84 Plus C staat negatie op het derde niveau
in de EOS™-hiërarchie. Functies in het eerste niveau, zoals kwadraat,
worden uitgewerkt vóór negatie.
2
Bijvoorbeeld: M
wordt uitgewerkt tot een negatief getal (of 0). Gebruik
X
haakjes om het kwadraat van een negatief getal te berekenen.
Opmerking: gebruik de ¹ toets voor aftrekken en de Ì toets voor het
tegengestelde (negatie). Als u op ¹ drukt om een negatief getal in te
¯ ¹
, of als u drukt op Ì om aftrekken aan te
voeren, zoals in
9
7
Ì
duiden, zoals in
, dan treedt er een fout op. Als u op
9
7
ƒ
Ì ƒ
drukt, wordt dit geïnterpreteerd als impliciete
A
B
...M
vermenigvuldiging (
).
A
B
Uitdrukkingen en instructies invoeren
Wat is een uitdrukking?
Een uitdrukking is een groep getallen, variabelen, functies met de
bijbehorende argumenten of een combinatie van deze elementen. Een
uitdrukking wordt uitgewerkt tot één antwoord. Op de TI-84 Plus C voert
u een uitdrukking in dezelfde volgorde in als waarin u deze zou schrijven
2
op papier. pR
is bijvoorbeeld een uitdrukking.
28
Aan de slag met de TI-84 Plus C Silver Edition