95
NL
Eigenschappen
van
voedsel
en
koken
in
de magnetron
Roeren
Roeren is een
van
de
belangrijkste
technieken
tijdens
het koken
in
de magnetron.
Bij
gewoon
koken,
roert
u om
het voedsel
te
mengen.
Bij
het koken
in
de magnetron dient het
roeren
echter
om
de
warmte te
verspreiden
en
te
herverdelen.
Roer
steeds
van
de
buitenkant
naar
het
midden, aangezien
de buitenkant
van
het voedsel het
eerst
warm
wordt.
Omkeren
Groot,
hoog
voedsel,
bijvoorbeeld gebraad
of
een
hele
kip,
moet
worden
omgekeerd
zodat de boven-
en
de onderkant
gelijkmatig
kunnen koken.
Het
verdient ook
aanbeveling
stukken
kip
of
vleeslapjes
om
te
keren.
Dikkere stukken
aan
de buitenkant
plaatsen
Aangezien
microgolven
worden
aangetrokken
door de buitenkant
van
het
voedsel,
is
het
aangewezen
dikkere stukken
vlees,
gevogelte
en
vis
aan
de buitenste rand
van
de
bakschotel
te
plaatsen.
Op
die
manier vangen
de dikkere stukken het
meeste
microgolfenergie
op
en
kan het voedsel
gelijkmatig
koken.
Afschermen
U
kunt
strookjes
aluminiumfolie
(die
de
microgolven tegenhouden) aanbrengen
aan
de
hoeken of randen
van
rechthoekig
voedsel
om
te
voorkomen dat deze
te
hard worden
gekookt.
Gebruik
nooit
te
veel folie
en
zorg
ervoor
dat de folie
vastzit
aan
de
schotel,
om
'vonkoverslag'
in
de
oven
te
voorkomen.
Hoger
plaatsen
Dik of compact voedsel kan
hoger
worden
geplaatst,
zodat de
microgolven
kunnen worden
geabsorbeerd
door de onderkant
en
het midden
van
het voedsel.
Doorprikken
Etenswaren
die
in
een
schaal,
schil of vlies
zitten
barsten
makkelijk
open in
de
oven
als
u ze
niet
vooraf
doorprikt.
Voorbeelden hiervan
zijn
eierdooiers
en
eiwit, mosselen
en
oesters
en
hele stukken groenten
en
fruit.
Controleren of het voedsel
gaar is
Voedsel wordt
zo
snel
gaar in
een
magnetronoven dat
u
het
regelmatig
moet
controleren.
Bepaalde
etenswaren
blijven
in
de magnetron
tot
ze
volledig
gaar
zijn,
maar
de
meeste
etenswaren,
bijvoorbeeld
vlees
en
gevogelte,
worden
uit
de
oven
gehaald terwijl
ze
nog
niet
helemaal
gaar
zijn
en
koken verder
gedurende
de
'standtijd'.
De
inwendige
temperatuur
van
het voedsel zal
tijdens
de
standtijd
stijgen
met
5˚F
(3˚C)
tot
15˚F
(8˚C).
Standtijd
Vaak
moeten etenswaren
nadat
u ze
uit
de
oven
hebt
gehaald
nog 3
tot
10 minuten
blijven
staan.
Gewoonlijk
wordt het voedsel
gedurende
deze
standtijd afgedekt
om
de
warmte te
bewaren, tenzij
het voedsel
moet
drogen
(cakes
en
koekjes, bijvoorbeeld).
Door
het voedsel
nog
even
te
laten
staan,
wordt het
gelijkmatig gekookt
en
krijgt
het
zijn
volle smaak.
Uw
oven
reinigen
1.
Houd de binnenkant
van
de
oven
schoon
Spatten
van
etenswaren
of gemorste vloeistof koeken
vast
aan
de ovenwanden
en
tussen
de
afdichting
en
het
deuroppervlak.
U
veegt gemorst voedsel het best
onmiddellijk
weg
met
een
vochtige
doek. Kruimels
en
spatten
slorpen
microgolfenergie
op
en
verlengen
de
kooktijd.
Veeg
kruimels die
tussen
de
deur
en
het frame vallen
weg
met
een
vochtige
doek.
Het is
belangrijk
dat
u
dit
deel schoon houdt
met
het
oog op
een
goede afdichting
van
de
oven.
Verwijder
vetspatten
met
een
in
zeepwater
gedrenkte
doek.
Daarna
afspoelen
en
laten
drogen.
Gebruik
geen
agressieve
schoonmaakmiddelen of
schuurmiddelen.
Het
glazen draaiplateau
mag
worden
afgewassen
met
de
hand of
in
de vaatwasmachine.
2.
Houd de buitenkant
van
de
oven
schoon
Reinig
de buitenkant
van
uw
oven
met
zeepwater.
Spoel
de
oven
af
met
zuiver
water
en
droog
hem af
met
een
zachte doek of
keukenpapier.
Om
schade
aan
de werkende delen binnen
in
de
oven
te
voorkomen,
moet
u
vermijden
dat het
water
door de
ventilatieopeningen
naar
binnen
sijpelt.
Om
het
bedieningspaneel
te
reinigen,
opent
u
de deur
om
te
voorkomen dat de
oven
per
ongeluk
start
en
veegt
u
het
paneel
eerst met
een
vochtige
en
meteen
daarna
met
een
droge
doek schoon. Druk
na
het
reinigen
op
de
STOP/CLEAR-
toets.
3.
Als de ovendeur
aan
de binnenkant of
aan
de buitenkant
beslaat,
veegt
u
de
deurpanelen
schoon
met
een
zachte doek.
Dit
kan
gebeuren
wanneer
de
magnetronoven wordt
gebruikt bij hoge vochtigheid
en
duidt
geenszins
op
een
defect.
4.
Houd de deur
en
de
deurafdichtingen
schoon. Gebruik alleen
warm
water met
zeep.
Vervolgens goed afspoelen
en
afdrogen.
GEBRUIK GEEN
SCHUURMIDDELEN,
ZOALS REINIGINGSPOEDER OF STALEN EN PLASTIC
SCHUURSPONSJES.
Metalen delen
zijn
makkelijker
te
onderhouden als
u ze
regelmatig schoonveegt
met
een
vochtige
doek.