Windows 9x en NT 4.0
De instellingen voor de huidig gebruikte softwaretoepassing
veranderen: Klik op het menu Bestand in de softwaretoepassing
en op Afdrukken, klik vervolgens op Eigenschappen. (De te
nemen stappen kunnen tussen softwaretoepassingen verschillen;
dit is de meestvoorkomende methode.)
De standaard instellingen voor alle toekomstige afdruktaken
veranderen: Klik op de knop Start, klik op Instellingen, en klik
vervolgens op Printers. Klik rechts op het printerpictogram
waarvan u de eigenschappen wilt veranderen en kies vervolgens
Eigenschappen. Veel van de eigenschappen in Windows NT
bevinden zich ook in het menu Standaardwaarden document.
Windows 3.1x
De instellingen voor de huidig gebruikte softwaretoepassing
veranderen: Klik op het menu Bestand in de softwaretoepassing
en op Afdrukken, klik op Printers, en vervolgens op Opties.
(De te nemen stappen kunnen tussen softwaretoepassingen
verschillen; dit is de meestvoorkomende methode.)
De standaard instellingen voor alle toekomstige afdruktaken
veranderen: Dubbelklik in het Configuratiescherm van Windows
op Printers, markeer de printer en klik vervolgens op Instelling.
DU
Toegang tot printereigenschappen (driver) en Help 13