Connectiviteit
DNS-adressen
— Voer de IP-adressen van de primaire en
●
secundaire DNS-servers in (indien vereist voor de
serviceprovider). Neem voor deze adressen contact op met
uw internetprovider.
Proxyserveradres
— Voer het adres van de proxyserver
●
in.
Proxypoortnummer
●
proxyserver in.
WLAN-internettoegangspunten
Selecteer
Menu
Instellingen
>
Bestemmingen
Toegangspunt
>
het scherm.
Als u een WLAN-toegangspunt wilt bewerken, opent u een
van de groepen met toegangspunten en selecteert u een
toegangspunt dat gemarkeerd is met
Volg de instructies van de WLAN-serviceprovider.
WLAN-netwerknaam
●
opgeven
of
Netwerken
netwerk selecteert, worden de WLAN-netwerkmodus en
WLAN-beveiligingsmodus bepaald aan de hand van de
instellingen van het toegangspuntapparaat.
Netwerkstatus
— Hiermee geeft u aan of de naam van
●
het netwerk wordt weergegeven.
WLAN-netwerkmodus
●
hocnetwerk wilt maken en apparaten rechtstreeks
gegevens moeten kunnen verzenden en ontvangen. Een
WLAN-toegangspunt is niet nodig. In een ad-hocnetwerk
moeten alle apparaten dezelfde WLAN-netwerknaam
gebruiken.
82
— Voer het poortnummer van de
en
Connectiviteit
en volg de instructies op
.
— Selecteer
Handmatig
zoeken. Als u een bestaand
— Selecteer
Ad-hoc
als u een ad-
WLAN-beveiligingsmodus
●
codering: WEP,
WPA/WPA2. Als u
codering gebruikt. De coderingstypen WEP, 802.1x en WPA
kunnen alleen worden gebruikt als deze door het netwerk
worden ondersteund.
Homepage
●
Toegangspunt gebruiken
●
bevestiging
vraagt voordat de verbinding via toegangspunt wordt
gemaakt, of
>
de bestemming verbindt door dit toegangspunt
automatisch te gebruiken.
Voer de instellingen voor de geselecteerde
beveiligingsmodus in en selecteer
beveiligingsinstell..
Beveiligingsinstellingen voor WEP
WEP-sleutel in gebruik
●
sleutelnummer (Wired Equivalent Privacy). U kunt
maximaal vier WEP-sleutels maken. Dezelfde instellingen
moeten worden ingevoerd op het apparaat voor het
WLAN-toegangspunt.
Verificatietype
●
verificatietype tussen uw apparaat en het apparaat voor
het WLAN-toegangspunt.
Instellingen WEP-sleutel
●
van de sleutel),
Hexadecimaal) en
in de geselecteerde indeling) in.
— Selecteer de gebruikte
802.1x
(niet voor ad-hocnetwerken) of
Open netwerk
kiest, wordt geen
— Voer het webadres van de startpagina in.
— Selecteer
als u wilt dat het apparaat om bevestiging
Automatisch
als u wilt dat het apparaat met
WLAN-
— Selecteer het WEP-
— Selecteer
Open
of
— Voer
WEP-codering
Indeling WEP-sleutel (ASCII
WEP-sleutel
(de WEP-sleutelgegevens
© 2008 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
Na
Gedeeld
voor het
(lengte
of