8
PROGRAMMERINGSMENU
In
dit
hoofdstuk
beschreven
programmeringsparameters
van het apparaat kunnen
worden ingesteld of gewijzigd.
Het is dus raadzaam dit
hoofdstuk aandachtig te lezen
en om uitsluitend in te
grijpen nadat u de juiste
volgorde van de uit te voeren
handelingen hebt begrepen.
Alle
in
beschreven werkzaamheden
behoren uitsluitend tot de
bevoegdheid
beheerder of het technisch
personeel
verantwoordelijkheid
de werksequenties en het
gebruik
middelen
opvolging van de geldende
veiligheidsvoorschriften.
Het technisch personeel of de beheerder kan enkele
werkingsparameters van de machine wijzigen op basis
van de persoonlijke eisen van de gebruiker.
wordt
hoe
de
dit
hoofdstuk
van
de
met
de
voor
van
geschikte
in
strikte
8.1
Beschrijving van de toetsen
tijdens de programmering
Om door het menu van het apparaat te navigeren
worden de hieronder beschreven toetsen gebruikt.
Toets 1: Up
Hiermee kunnen de parameters, wanneer ze zichtbaar zijn, aangepast worden.
(+) verhoogt de waarde
Toets 2: OK
Hiermee kan de parameter/waarde worden bevestigd
wanneer deze is gewijzigd.
Toets 3: Down
Hiermee kunnen de parameters, wanneer ze zichtbaar zijn, aangepast worden.
(-) verlaagt de waarde
Nederlands
33