Componenten vacuümslanghefapparaat
Hefeenheid met bedieningseenheid
3 Omschrijving
3.1 Bestanddelen
3.2 Draai-invoer
3.3 Hefslang
3.4 Bedieningseenheid
BA 30.11.02.00094
Het hefapparaat bestaat in hoofdzaak uit:
Pos. Benaming
1
Koppelingselem
ent
2
Draai-invoer
3
Hefslang
4
Bedieningseen
heid
5
Borgnet
6
Beschermslang
De draai-invoer neemt de toevoerslang (2) van de ventilator en de vacuümhefslang
(3) op. Het hefapparaat wordt aan de draai-invoer gehangen.
Het hefapparaat is door de draai-invoer eindeloos draaibaar.
Via de hefslang wordt het vacuüm doorgeleid naar de zuiggrijper
en wordt de hefbeweging van het apparaat gerealiseerd.
Met de bedieningseenheid wordt het omhoog en omlaag gaan van het
aangestuurd door het vacuüm in het slanghefapparaat te
HEFAPPARAAT
veranderen. Dit gebeurt door de toevoer van buitenlucht naar het slanghefapparaat
te veranderen.
De toevoer van buitenlucht en zodoende het vacuüm wordt hier geregeld met een
afschermkap. U gebruikt de afschermkap door middel van een regelhendel (pos.
4.2). De last wordt opgetild als de regelopening door de schuif volledig wordt
gesloten.
Hoe breder de regelopening is, des te meer buitenlucht wordt aangezogen.
De last wordt omlaaggebracht.
Stand 08.2012 / status 05
Opmerkingen
Aansluiting op locatie
Aansluiting op locatie
Aansluiting op locatie
Met regelhendel
-
-
pagina 8/16