10.
Verwijder de stanggeleider.
11.
Schakel de motor in en trek de hendel van de
hulphydrauliek naar achteren om de boorbeitel
te starten.
12.
Verplaats de tractie-eenheid langzaam naar
voren terwijl de boorbeitel in de grond gaat.
Belangrijk:
Rij niet te snel; dwing de boor
niet in de grond. Laat de boor in eigen tempo
in de grond gaan. Duw of trek de boor nooit
door de grond wanneer de aandrijfkop niet
draait.
13.
Wanneer nog ongeveer 15 cm van de stang
zichtbaar is in de ingangssleuf of wanneer de
boorbeitel volledig in de grond zit en in de
tegenoverliggende zijde van de uitgangssleuf
boort, stopt u de tractie-eenheid. Zet de hendel
van de hulphydrauliek in neutraal, zet de motor
af en verwijder het sleuteltje.
14.
Als de boorbeitel de uitgangssleuf nog niet
bereikt heeft, doet u het volgende:
A.
Maak de stang los van de aandrijfkop.
B.
Schakel de motor in en rij achteruit tot het
uiteinde van de ingangssleuf.
C.
Zet de motor af, verwijder het
contactsleuteltje en wacht totdat alle
bewegende onderdelen tot stilstand zijn
gekomen.
D.
Bevestig een andere stang en herhaal
stap
11
tot 14.
Het gat ruimen
1.
Gebruik een schop en graaf voorzichtig rond
de boorbeitel. Verwijder zo grond van rond de
boorbeitel tot u deze kunt verwijderen
1. Voetpad of oprit
2. Uitgangssleuf
3. Uitgegraven put rond
boorbeitel
2.
Verwijder de boorbeitel en bevestig de ruimer
(Figuur
3.
Bevestig de kabel of leiding die u wilt plaatsen
aan de wartel op het uiteinde van de ruimer
(Figuur
4.
Schakel de motor in en trek de hendel van de
hulphydrauliek naar achteren om de ruimer te
starten.
5.
Verplaats de tractie-eenheid langzaam naar
achteren terwijl de ruimer in de grond gaat.
Belangrijk:
niet door de grond. Laat de ruimer in eigen
tempo in de grond gaan. Duw of trek de
ruimer nooit door de grond wanneer de
aandrijfkop niet draait.
6.
Wanneer een stangkoppeling ongeveer 15 cm
(Figuur
6).
in de ingangssleuf zit of wanneer de ruimer
volledig in de sleuf zit met zowat 15 cm van de
kabel of leiding, stopt u de tractie-eenheid. Zet
de hendel van de hulphydrauliek in neutraal,
schakel de motor uit en verwijder het sleuteltje.
7.
Als de ruimer de uitgangssleuf nog niet bereikt
heeft, doet u het volgende:
A.
B.
C.
D.
8
Figuur 6
4. Ruimer
5. Wartel
6).
6).
Rij niet te snel; dwing de ruimer
Maak de stang los van de aandrijfkop met
de stang nog in de grond.
Schakel de motor in en rij naar het voorste
uiteinde van de ingangssleuf.
Zet de motor af, verwijder het
contactsleuteltje en wacht totdat alle
bewegende onderdelen tot stilstand zijn
gekomen.
Bevestig de aandrijfkop aan de as van de
stang in de grond.
g008478