Aankoppelen/bedienen/afkoppelen
– Bedien de bakcilinder zodat de maaikorf parallel met de bodem komt en maai de bodem.
– Beweeg giek 2 en de bakcilinder iets van u af.
– Draai de maaikorf schuin omhoog en maai de 'eigen–zijde' van beneden naar boven met het mes
evenwijdig aan het talud (zie afbeelding).
– Schakel het maaimes uit.
– Leeg de maaikorf op de gewenste plaats.
Tips:
- Houd de maaikorf parallel met de waterlijn door evenwijdig aan de sloot of waterloop te rijden.
- Houd bij het maaien de maaibalk zo schoon mogelijk.
- Schakel het mes alleen in als u daadwerkelijk gaat maaien. Bij andere dan maaibewegingen met de
giek: Mes uitzetten.
- Schep de op het water drijvende vegetatie eerst uit het water vóór u onder water gaat maaien.
- Probeer niet het profiel van de sloot met de maaikorf te wijzigen. Dit gaat ten koste van de levens-
duur van de maaikorf.
7.6
Reinigen
– Maak dagelijks na het werk de maaibalk schoon in een watersloot of door de maaibalk schoon
te spuiten.
7.7
Afkoppelen maaikorf
7.7.1
Veiligheid
Als uw trekker of kraan voorzien is van een onder druk staande retourleiding:
Laat voor het afkoppelen de druk ontsnappen als er geen zelfsluitende koppelingen aanwezig
!
zijn.
Houd rekening met het feit dat topzware maaikorven op hun 'rug' gelegd moeten worden, ter-
!
wijl andere op de maaibalk neergezet moeten worden.
HERDER BV
MACHINEFABRIEK
HERDER
MIDDELBURG
22Aug00/W6
0901.1005
W W K K
7-3