4.
Druk het gaspedaal in tot u het maximale
toerental bereikt en schakel de gasbegrenzer-
schakelaar in.
5.
Zet de schakelaar van elke spuitboom en de
hoofdschakelaar van de spuitbomen op Aan.
6.
Ontgrendel de controleknop (vergrendeling van
de dosis).
7.
Stel de druk in op de waarde die wordt
aangegeven op de drukmeter, totdat de druk
zich bevindt in het bereik voor de spuitdoppen
die u hebt geïnstalleerd op de spuitbomen
(normaal 2,75 bar). Dit doet u met behulp van
de schakelaar voor de gebruiksdosis.
8.
Gebruik een beker voor een opvangtest en
stel de gebruiksdosisschakelaar in volgens de
onderstaande tabel.
Opmerking:
Voer de test 3 keer uit en neem
het gemiddelde.
Kleur spuitdop
Milliliter
opgevangen in
15 seconden
Geel
189
Rood
378
Bruin
473
Grijs
567
757
Wit
Blauw
946
Groen
1419
9.
Vergrendel de controleknop (dosisvergrende-
ling).
10.
Zet de hoofdschakelaar van de spuitbomen uit.
Opmerking:
Zorg dat er genoeg water in de
tank is om de kalibratie te voltooien.
11.
Ga in het InfoCenter naar het kalibratiemenu en
selecteer Flow Calibration.
Opmerking:
U kunt op om het even welk
moment het pictogram van het hoofdscherm
selecteren om de kalibraties te annuleren.
12.
Gebruik de symbolen (+) en (-) om het
vloeistofvolume in te voeren volgens de
onderstaande tabel.
Kleur spuitdop
Liter
42
Geel
Rood
83
Bruin
106
Grijs
125
Wit
167
Blauw
Groen
13.
14.
De snelheid van de
spuitmachine kalibreren
Opmerking:
eerst gebruikt, als u de spuitdoppen vervangt, of
als dit om een andere reden nodig is, dient u de
vloeistofstroom, snelheid en omloopkleppen van de
spuitmachine te kalibreren.
Ounces
1.
opgevangen in
15 seconden
6,4
12,8
16,0
2.
19,2
25,6
32,0
48,0
3.
4.
5.
6.
7.
Amerikaanse
gallons
8.
11
22
28
33
44
38
208
314
Schakel de hoofdschakelaar van de spuitbomen
5 minuten lang in.
Zet de hoofdschakelaar van de spuitbomen
na 5 minuten uit en selecteer het vinkje in het
InfoCenter.
Opmerking:
De kalibratie is nu voltooid.
Voordat u de spuitmachine voor het
Duid op een open, vlak terrein een afstand van
45 tot 152 m aan.
Opmerking:
Voor een nauwkeuriger resultaat
duidt u 152 m aan.
Start de motor en rij naar het begin van de
aangeduide zone.
Opmerking:
Zet het midden van de voorste
wielen precies boven de startlijn voor het meest
nauwkeurige resultaat.
Ga in het InfoCenter naar het kalibratiemenu en
selecteer Speed Calibration.
Opmerking:
U kunt op om het even welk
moment het pictogram van het hoofdscherm
selecteren om de kalibraties te annuleren.
Vul de watertank en druk in InfoCenter op de pijl
naar rechts (→).
Giet schoon water in de tank tot deze halfvol is
en druk in InfoCenter op de pijl naar rechts (→).
Gebruik de symbolen (+) en (-) om de
gemarkeerde afstand in te voeren in het
InfoCenter.
Schakel de machine in eerste versnelling en
rij de gemarkeerde afstand met vol gas in een
rechte lijn.
Stop de machine op de gemarkeerde afstand en
selecteer het vinkje in het InfoCenter.
Opmerking:
Vertraag en stop met het midden
van de voorwielen precies op de lijn voor het
meest nauwkeurige resultaat.
Opmerking:
De kalibratie is nu voltooid.
55
83