EEN BOOM VELLEN
Een boom kan ernstig gevaar opleveren, als die op
een auto, huis, omheining, bovengrondse
stroomkabel of andere boom valt.
Het is mogelijk om ervoor te zorgen dat de boom valt
in de richting die u wenst, dus bepaal eerst waar
dat is!
Maak voordat u met zagen begint, het gebied rondom
de boom vrij. U moet stabiel staan tijdens uw
werkzaamheden en u moet de zaag kunnen
gebruiken zonder tegen obstakels te stoten.
Bepaal uw vluchtweg.
Als de boom begint te vallen, moet u schuin bij de
boom vandaan weglopen om te voorkomen dat u
geraakt wordt door de stam als die wegslaat over de
stronk. (Zie afbeelding rechtsboven.)
Begin met zagen aan de zijde waar de boom naartoe
moet vallen.
Zaag een inkeping tot ongeveer 1/3 van de diameter
van de boom. (Zie afbeelding A.)
De positie van deze inkeping is belangrijk want de
boom zal "over" de inkeping vallen. (Zie afbeelding A.)
De velsnede wordt tegenover de inkeping
aangebracht.
Breng de velsnede aan door de prikker te plaatsen op
2,5 tot 5 cm boven de onderzijde van de inkeping en
stop met zagen op ongeveer 1/10 van de diameter
vanaf het binnenste uiteinde van de inkeping (zie
afbeelding B) zodat het niet gezaagde gedeelte van
het hout als scharnier kan functioneren.
Zaag de velsnede niet helemaal door tot aan de
inkeping.
Het resterende hout tussen de inkeping (valkerf) en
velsnede functioneert als een scharnier als de boom
valt zodat die in de gewenste richting valt.
Als de boom begint te vallen, schakelt u de motor uit.
Zet de zaag op de grond en maak u uit de voeten.
Voor het vellen van grote bomen met een diameter
van meer dan twee keer de lengte van het blad,
begint u de valkerf aan één zijde en trekt u de zaag
door naar de andere zijde van de kerf (inkeping).
Begin de zaagsnede aan de achterkant aan één zijde
van de boom met de prikker aangegrepen, en draai
de zaag door tot het gewenste scharnierstuk is
bereikt aan die zijde.
Verwijder de zaag vervolgens voor de tweede snede.
Steek de zaag heel voorzichtig in de eerste snede om
terugslag te voorkomen.
De laatste snede wordt aangebracht door de zaag
voorwaarts in de snede te trekken tot het scharnier is
bereikt. (Zie afbeelding C.)
Valrichting
90
º
45
º
Weglopen
Afbeelding A
Ongezaagd hout
als scharnier
Zaagsnede achter
2,5 tot 5 cm
Afbeelding B
Wiggen
(bij
voldoende
ruimte)
Achterste
zaagsnede
1/10 van diameter
laten zitten
Scharnierstuk
Afbeelding C
2
2
Dwars
trekken
Velsneden
Wiggen
17
45
º
Weglopen
Niet hierheen
Zijaanzicht
1/10 van diameter
Inkeping 1/3
van diameter
Bovenaanzicht
Inkepingen
(kerven)
VAL
90
º
Bovenaanzicht
1
Inkepingen
(kerven)
3
5
4