Waarschuwingslampje oververhitting hydraulische olie
Het waarschuwingslampje gaat branden en de
signaaltoon klinkt als de temperatuur van de
hydraulische vloeistof in het reservoir boven 95 °C
stijgt
(Figuur
16).
Figuur 16
1. Waarschuwingslampje oververhitting hydraulische olie
Waarschuwingslampje lage accuspanning
Het waarschuwingslampje voor de accuspanning gaat
branden bij een lage accuspanning
Figuur 17
1. Waarschuwingslampje lage accuspanning
Waarschuwingslampje lage motoroliedruk
Het waarschuwingslampje voor de druk van de
motorolie gaat branden als de oliedruk te laag is
(Figuur
18).
Figuur 18
1. Waarschuwingslampje lage motoroliedruk
Messenkooien uitschakelen
De messenkooien worden uitgeschakeld wanneer de
bedrijfstemperatuur 115 °C bereikt.
Claxon
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of
Druk op de claxonknop voor een geluidssignaal
(Figuur
Belangrijk:
werking bij een te hoge temperatuur van de
motorkoelvloeistof of de hydraulische vloeistof.
Stop direct de motor en herstel de machine
alvorens deze opnieuw te starten.
g014552
(Figuur
17).
Contactschakelaar
g014553
Indicatielampje voorverwarmen
motor
Draai het contactsleuteltje op II. Het indicatorlampje
voor het voorverwarmen van de motor gaat
g014554
branden en de gloeibougies worden opgewarmd
(Figuur
Belangrijk:
voorverwarming kan onnodig slijtage van de accu
veroorzaken.
15
dagelijks—Controleer de claxon.
19).
De claxon treedt automatisch in
Figuur 19
1. Claxon
0 = Motor uit
I = Motor/hulpapparatuur aan
II = Motor voorverwarmen
III = Motor starten
Figuur 20
1. Contactschakelaar
21).
Een koude motor starten zonder
g014555
g014556